Sinds Treffers en Rinne-Albers in 2005 in dit tijdschrift concludeerden dat er geen plaats is voor antidepressiva bij de behandeling van depressieve kinderen en jeugdigen,1 is er veel gebeurd.
Van verschillende selectieve serotonineheropnameremmers (SSRI’s) is inmiddels aangetoond dat ze in beperkte mate effectief zijn bij patiënten in de kinderpsychiatrische praktijk en dat ze het herstel van ernstige depressies bespoedigen. Het werkingsprofiel van de onderzochte groep SSRI’s wordt als gunstig beoordeeld, ondanks een geringe toename van het aantal suïcidepogingen bij gebruik van deze middelen door depressieve kinderen en pubers. Er zijn in dit opzicht verschillen tussen de middelen gevonden. In geen van de gepubliceerde onderzoeken met antidepressiva heeft een daadwerkelijke suïcide plaatsgevonden.
Een belangrijke overweging bij het voorschrijven van SSRI’s aan kinderen en pubers is dat er geen goed alternatief voor medicatie is ter behandeling van ernstige depressies bij jonge patiënten. Cognitieve gedragstherapie werkt bij kinderen en pubers met ernstige…
(Geen onderwerp)
Rosmalen, augustus 2008,
Recent is in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde een artikel van Roobol en Buitelaar verschenen over de plaats van selectieve serotonineheropnameremmers (SSRI’s) bij de behandeling van ernstig depressieve kinderen en pubers (2008:1710-2). In dit artikel wordt geconcludeerd dat op grond van de huidige gegevens over effectiviteit en veiligheid, fluoxetine het middel van eerste keus is voor de behandeling van deze patiënten. Deze keuze zien wij niet terug in de voorschriften van SSRI’s voor kinderen en adolescenten binnen onze cluster van apotheken. In de periode 2006-2008 hebben wij aan 44 patiënten < 20 jaar antidepressiva afgeleverd op voorschrift van een psychiater of kinderarts. Bij slechts 2 van deze patiënten was de SSRI van keus fluoxetine. Andere SSRI’s, zoals sertraline en citalopram, werden frequenter voorgeschreven.
(Geen onderwerp)
Nijmegen, september 2008,
Het is bekend dat het voorschrijfgedrag van artsen slechts ten dele spoort met wetenschappelijke evidentie over effectiviteit en veiligheid van geneesmiddelen zoals deze is vastgelegd in professionele richtlijnen. Overigens beschikken we in Nederland wel over een multidisciplinaire richtlijn voor de behandeling van depressies bij volwassenen, maar nog niet over een richtlijn voor de behandeling van depressies bij kinderen en adolescenten. Zoals we hebben laten zien, pleit de beschikbare internationale literatuur eenduidig voor fluoxetine als de SSRI van eerste keus bij depressieve kinderen en jongeren. Fluoxetine is ook het enige middel dat geregistreerd is voor deze indicatie. We hopen dat ons commentaar bijdraagt tot een rationeler voorschrijfbeleid.