Dames en Heren,
Ongeveer 60 van de patiënten die worden getroffen door een subarachnoïdale bloeding ten gevolge van het barsten van een intracranieel aneurysma overlijdt of behoudt zeer ernstige neurochirurgische uitvalverschijnselen. Een dergelijke bloeding wordt gekenmerkt door plotselinge zeer heftige hoofdpijn, braken, daling van het bewustzijn en nekstijfheid. Bij een groot aantal patiënten wordt echter de klassieke subarachnoïdale bloeding voorafgegaan door de zogenaamde ‘warning leak’, een syndroom dat zich kenmerkt door een minder hevige plotselinge hoofdpijnaanval zonder duidelijke neurologische uitvalverschijnselen. De mate van de hoofdpijn is dan meestal wel zodanig dat wel medische hulp wordt gezocht, doch zelden wordt bij het onderzoek aan de mogelijkheid gedacht dat aan de hoofdpijnaanval een lichtere vorm van een subarachnoïdale bloeding ten grondslag zou kunnen liggen, het lekkende aneurysma. Meestal herstelt de patiënt na een dergelijke bloeding zeer snel totdat het aneurysma opnieuw openbarst. Als de warning leak echter wordt herkend, kan de potentieel…
(Geen onderwerp)
Utrecht, april 1986,
Graag wil ik bij de klinische les van professor Beks betreffende de ‘warning leak’/subarachnoïdale bloeding (1986; 761-2) een enkele kritische kanttekening plaatsen. Professor Beks noemt het belangrijk de symptomen van de ‘warning leak’ te onderkennen; dat is, gezien de mogelijke gevolgen, natuurlijk relevant. Het lijkt me echter zinloos een huisarts erop te wijzen bij iedere patiënt met een ‘minder hevige, plotselinge hoofdpijnaanval zonder neurologische verschijnselen, waarbij meestal wel medische hulp wordt gezocht’ – zo zijn omschrijving van ‘warning leak’ – aan een mogelijke kleine arachnoïdale bloeding te denken, en dus de patiënt gericht door te verwijzen (lumbaalpunctie? CT-scan?). Want stel, dat je aan deze mogelijkheid denkt, en een dergelijke diagnose overweegt, dan moet je er wat aan doen. Mijns inziens zijn echter de door prof.Beks beschreven symptomen van een ‘warning leak’ toepasbaar op vele soorten hoofdpijn. Ook in zijn twee ziektegeschiedenissen laat hij de betreffende huisartsen beslist acceptabele ‘diagnosen’ – nekpijn door plafond witten/migraine – aanvoeren.
Dus vraag ik mij af, wat heb ik als huisarts aan deze klinische les, gedachtig aan al die voorbijtrekkende hoofdpijnpatiënten. Wegen alle kosten, moeite, spanning etc. van het doorverwijzen op grond van mijns inziens vage symptomen, en een vage diagnose op tegen een enkele positieve uitslag? Goed, ik zal er nu zeker eerder aan denken, en misschien mensen, meestal voor niets, doorsturen. Is het dat waard?
(Geen onderwerp)
Groningen, mei 1986,
Ik ben het vanzelfsprekend met u eens dat niet elke patiënt met een plotselinge aanval van hoofdpijn naar een neuroloog of neurochirurg voor verder onderzoek kan worden doorverwezen. De door mij beschreven zeer plotselinge en zeer heftige aanvallen van hoofdpijn onderscheiden zich echter toch tot op zekere hoogte van hoofdpijnaanvallen die de aan u voorbijtrekkende hoofdpijnpatiënten vertonen, alhoewel ik gaarne toegeef dat de keuze van doorverwijzing moeilijk en subjectief is. Men dient zich echter te realiseren dat bij obducties is gebleken dat ongeveer 1% van de mensen een sacculair aneurysma heeft en dat per jaar 10 subarachnoïdale bloedingen per 100.000 mensen optreden.