Schouderdystocie; een retrospectief onderzoek

Onderzoek
G.M. Vermeulen
H.A.M. Brölmann
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1990;134:1134-8
Abstract

Samenvatting

Retrospectief werd over het jaar 1987 het vóórkomen van schouderdystocie in Nederland onderzocht bij vrouwen die vaginaal waren bevallen van een kind in schedelligging met een geboortegewicht van 2.500 g en meer. Patiëntengegevens werden ontleend aan de Landelijke Verloskundige Registratie (LVR). Schouderdystocie, in het LVR-formulier gecodeerd als ‘problemen met de schouders’, werd bij 844 van 54.820 bevallingen (1,5) aangegeven.

Onderzoek van statussen van het St.Joseph Ziekenhuis te Eindhoven uit de periode 1983-1987 leverde een frequentie van schouderdystocie op van 1,5 (56 van 3.642 bevallingen) die goed overeenkwam met de landelijke. De concordantie tussen de LVR-code ‘problemen met de schouders’ en de in de partusverslagen van ons ziekenhuis vermelde schouderdystocie bedroeg 94.

Er wordt gewezen op de wenselijkheid zich met de handgrepen voor de schouderdystocie vertrouwd te maken en deze in vaste volgorde uit te voeren.

Auteursinformatie

Juliana Ziekenhuis, afd.Gynaecologie, Postbus 9016, 7300 DV Apeldoorn.

St.Joseph Ziekenhuis, afd. Gynaecologie, Eindhoven.

Dr.H.A.M.Brölmann, gynaecoloog.

Contact G.M.Vermeulen, gynaecoloog

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

G.M.
Vermeulen

Apeldoorn, juli 1990,

Wij zijn het met de opmerkingen van collega Fagginger Auer eens dat hoewel risicofactoren voor het optreden van schouderdystocie bekend zijn, de kans op schouderdystocie in het individuele geval niet te voorspellen is.

In ons artikel is de invloed van diabetes mellitus op het vóórkomen van schouderdystocie niet onderzocht wegens het retrospectieve aspect van de studie. In de studie van Acker et al. is deze invloed wel onderzocht.1 Hij vond alleen in de groep vrouwen met diabetes mellitus die kinderen baarden met een gewicht van 3500 tot 4000 gram duidelijk meer schouderdystocie. Macrosomie al dan niet op basis van diabetes mellitus bleef een van de belangrijkste risicofactoren,12 zoals ook in ons onderzoek is aangetoond.

In onze studie zijn enkele handgrepen beschreven en adviseren wij elke obstetricus goed geoefend te zijn in een vaste volgorde. De volgorde zoals in het artikel aangehouden is toeval. De door ons geraadpleegde literatuur stelde ons niet in staat een gefundeerd oordeel te vellen welke volgorde van handgrepen de beste is.

G.M. Vermeulen
H.A.M. Brölmann
Literatuur
  1. Acker DB, Sachs BP, Friedman EA. Risk factors for shoulder dystocia. Obstet Gynecol 1985; 66: 762-8.

  2. Gross TL, Sokol RJ, Williams TW, et al. Shouder dystocia: a fetal-physician risk. Am J Obstet Gynecol 1987; 156: 1408-18.