Het is nu 75 jaar geleden dat ditranol voor het eerst werd toegepast als middel tegen psoriasis. Ondanks alles wat wij sinds die tijd te weten zijn gekomen omtrent de pathogenese en ondanks alle nieuwe behandelmethoden wordt ditranol nog steeds veel toegepast. In dit artikel komen de volgende onderwerpen ter sprake:
– Wat weten wij van het werkingsmechanisme van ditranol?
– Welke vehicula en welke applicatietijden geven maximale effectiviteit en minimale irritatie?
– Welke behandelingsschema's geven de beste therapeutische resultaten?
Werkingsmechanisme en farmacologie
Vanuit ditranol (1,8-dihydroxy-9-anthraline) ontstaat spontaan door eliminatie van een proton op C-10 een serie van vrije radicalen.1 Deze inductie van vrije radicalen veroorzaakt het therapeutische effect. Als eindprodukten van deze cascade worden dantron en ditranol-dimeren gevormd. De ditranol-dimeer wordt geoxydeerd tot de anthrachinon-dimeer welke de oorzaak is van een paarsbruine verkleuringen die bij behandeling kunnen worden waargenomen.
Ditranol kan worden verwerkt in diverse vehicula. Het voordeel…
(Geen onderwerp)
Leiden, februari 1992,
In het artikel van De Vet et al. wordt aandacht gevraagd voor de in Nederland sterk ondergewaardeerde behandeling met ditranol (1992;214-7). Deze effectieve en veilige therapie dient zeker vaker toegepast te worden dan tot op heden in Nederland het geval is.
Het is evenwel de vraag of ditranol in Lassars pasta moet worden verwerkt. Aangezien in Lassars pasta het onwerkzame zinksalicylaat ontstaat, wordt deze pasta als een obsoleet produkt beschouwd. Het zinkoxide dat in de pasta aanwezig is, kan bovendien ditranol inactiveren. Men kan alleen hopen dat dit door tijdige vorming van zinksalicylaat wordt voorkomen. Dit alles draagt ertoe bij dat de beschikbaarheid en de effectiviteit van de ditranol in de pasta sterk kunnen variëren. Indien men gebruik van een pasta wenst, zal naar een pasta met een andere, voor ditranol minder nadelige samenstelling gezocht moeten worden.
Overigens is behandeling met ditranol in zalf (bijvoorbeeld vaseline) te verkiezen boven behandeling met een pasta. Ditranol in zalf is voor de thuisbehandeling veel handzamer en uitlopen van de zalf wordt, zeker bij de korte contacttherapie, niet waargenomen. Bovendien kunnen de randen van de te behandelen laesie worden beschermd door het aanbrengen van zinkolie.
Behandeling met de korte contacttherapie verdient de voorkeur. Ditranol penetreert aanmerkelijk sneller in de met psoriasis aangedane huid dan in de omringende normale huid.1 Door een kortere applicatietijd (10-45 min) kunnen de bijwerkingen op de omringende huid grotendeels worden voorkomen, terwijl de behandeling ongewijzigd effectief blijft.2 Pas bij het terugbrengen van de applicatietijd tot enkele minuten neemt de effectiviteit af, zoals door De Vet et al. is vermeld. Bijwerkingen als verkleuring van textiel en meubilair zijn bij de korte contacttherapie zelden een probleem. Het aanbrengen van de ditranol blijft ook bij de korte contacttherapie tijdrovend, waardoor veel patiënten de voorkeur geven aan een andere behandelingsvorm voor hun psoriasis.
Door De Vet et al. wordt gesuggereerd dat de combinatie van ditranol met koolteer zinvol is. Niet in alle onderzoeken is de effectiviteit van deze combinatietherapie echter even groot als die van de ditranol-monotherapie. Er is gesuggereerd dat ditranol door koolteer wordt geïnactiveerd.34 Theoretisch kan nog wel een gunstig effect op de door ditranol geïnduceerde huidirritatie worden verwacht, maar ook daar bestaan geen duidelijke aanwijzingen voor. Onder andere in een onderzoek uitgevoerd door een van de co-auteurs van De Vet is aangetoond dat koolteer en corticosteroïden geen effect hebben op de huidirritatie bij de ditranoltherapie.5
Schaefer H, Farber EM, Goldberg L, Schalla W. Limited application period for dithranol in psoriasis. Preliminary report on penetration and clinical efficacy. Br J Dermatol 1980; 102: 571-3.
Lowe NJ, Ashton RE, Koudsi H, Verschoore M, Schaefer H. Anthralin for psoriasis: short-contact anthralin therapy compared with topical steroid and conventional anthralin. J Am Acad Dermatol 1984; 10: 69-72.
Whitefield M. Degradation of anthralin by coal tar (letter). J Am Acad Dermatol 1987; 16: 629.
Müller R, Naumann E, Detmar M, Orfanos CE. Stabilität von Cignolin (Dithranol) in teerhaltigen Salben mit und ohne Salicylsäurezusatz. Oxidation in Danthron und Dithranoldimer. Hautartz 1987; 38: 107-11.
Kerkhof PCM van de, Timmerman MGH. The effect of clobetasol-17-propionate and crude coal tar on dithranol-induced inflammation. A clinical and biochemical study. Acta Derm Venereol (Stockh) 1990; 70: 434-7.
(Geen onderwerp)
Nijmegen, februari 1992,
Door Korstanje wordt, tot mijn vreugde, de waarde van ditranolbehandeling anno 1992 onderschreven.
De keuze van het vehiculum waarin ditranol wordt verwerkt verschilt van kliniek tot kliniek. In een overzichtsartikel is de effectiviteit van ditranol in verschillende vehicula samengevat.1 Uit deze uitgebreide literatuurstudie komt naar voren dat ditranol in Lassars pasta als monotherapie effectiever is dan ditranol in vaseline. Ditranol in Lassars pasta is zeker niet obsoleet. Het is algemeen bekend dat ditranol in zinkpasta snel wordt geïnactiveerd, terwijl bij toevoeging van salicylzuur de inactivering van ditranol veel trager optreedt. Bij toevoeging van salicylzuur aan vaseline- of crèmebasis blijkt de houdbaarheid van ditranol niet verlengd te worden.2
Anno 1992 is ditranol in vaseline niet de beste keuze voor de poliklinische behandeling. Men dient ditranol te verwerken in afwasbare zalven. Het gebruik van dergelijke bases komt tegemoet aan het probleem van verkleuringen. Dat verkleuringen van textiel en meubilair wel degelijk een groot probleem zijn, ook bij de korte contacttherapie met ditranol, is bekend.
De behandeling met een combinatie van ditranol en koolteer laat over het algemeen een zelfde effectiviteit zien als ditranol-monotherapie, terwijl de irritatie minder is. Er moet hierbij een onderscheid worden gemaakt tussen een verbranding ten gevolge van een eenmalige hoge concentratie van ditranol in een modelsituatie,3 en een normale behandeling met ditranol.4
Kerkhof PCM van de. Dithranol treatment for psoriasis: after 75 years still going strong! Eur J Dermatol 1991; 1: 79-88.
Green PG, Kennedy CT, Forbes DR. Anthralin stability in various vehicles. J Am Acad Dermatol 1987; 16: 984-8.
Kerkhof PCM van de, Timmerman MGH. The effect of clobetasol-17-propionate and crude coal tar on dithranol-induced inflammation. A clinical and biochemical study. Acta Derm Venereol (Stockh) 1990; 70: 434-7.
Schulze HJ, Schauder S, Mahrle G, Steigleder GK. Combined tar-anthralin versus anthralin treatment lowers irritancy with unchanged antipsoriatic efficacy. Modifications of short-contact therapy and Ingram therapy. J Am Acad Dermatol 1987; 17: 19-24.