Desmopressine is sinds kort in een nieuw jasje verkrijgbaar: Nocdurna. Desmopressine werd tot nog toe vooral gebruikt voor de behandeling van bedplassen bij kinderen en adolescenten. Inmiddels is de indicatie van desmopressine verruimd naar ‘nycturie als gevolg van idiopathische nachtelijke polyurie bij volwassenen’, een kwaal die bij veel ouderen voorkomt.1 Wij twijfelen sterk aan de meerwaarde van dit middel voor deze indicatie en lichten in dit artikel toe waarom.
Wat is de kwaal?
Met het ouder worden neemt het aantal keren dat mannen en vrouwen hun bed uit moeten om te plassen toe. Dit berust grotendeels op fysiologische veranderingen, maar nycturie kan ook een signaal zijn van bijvoorbeeld hartfalen. Bij een deel van de patiënten met nycturie verlaagt deze klacht het welbevinden. In de literatuur wordt aangehouden dat 2 of meer nachtelijke micties gepaard gaan met een verminderd welbevinden.2 De variatie hierbij is groot: waar de ene oudere…
Wel waarde van desmopressine bij behandeling van nycturie
Als uroloog zie ik wel degelijk de waarde van desmopressine bij de behandeling van nycturie, aangezien de conservatieve aanpak (levensstijladviezen, medicatie) vaak onvoldoende effect geeft . Desmopressine is een anti-diureticum dat de nachtelijke urineproductie verlaagt. Bij de studiepopulatie was de afname in mictiefrequentie inderdaad bescheiden (alhoewel statistisch significant!). Dit kan verklaard worden door het feit dat ongeveer 40% van de patiënten niet reageert op de monotherapie met desmopressine. Echter, na een week behandelen wordt voor de individuele patiënt duidelijk of het middel de nachtelijke mictiefrequentie effectief verlaagt en of de tijd tot de eerste nachtelijke mictie wordt verlengd. Bij onvoldoende effect kan de behandeling dan gestaakt worden. Bij ca. 60% van de met desmopressine behandelde patiënten werd een significante vermindering van de mictiefrequentie gemeten tijdens de onderzoeksperiode van 3 maanden. Bovendien werd een significante verbetering van slaapkwaliteit en kwaliteit van leven vastgesteld.
Een potentieel risico van desmopressine is het optreden van hyponatriaemie. De lyofilisaatvorm (Nocdurna) bevat echter lagere doses van het actieve product waardoor het veiligheidsprofiel verbeterd is. Aangezien vrouwen gevoeliger zijn voor desmopressine dan mannen, is een lagere dosisvorm (25 mcg) beschikbaar. Controle van het serumnatrium vooraf en na aanvang van de behandeling blijft noodzakelijk voor patiënten vanaf 65 jaar. Bij het strikt handhaven van deze controles stellen wij in onze praktijk geen hyponatriaemie vast .
Het wegzetten van desmopressine als een middel dat geen bewezen klinisch relevant effect heeft en waarvoor in de praktijk geen plaats is, doet geen recht aan de waarde die dat middel heeft en doet bovenal tekort aan patiënten met symptomatische nycturie die effectief geholpen kunnen worden. Desmopressine, in de onlangs beschikbaar gekomen lagere doseringen, zien wij dan ook, mits correct toegepast en na een zorgvuldige diagnose, als een waardevolle aanvulling op ons therapeutisch arsenaal bij patiënten met nycturie ten gevolge van nachtelijke polyurie.
Referenties
Sand PK, et al. Efficacy and safety of low dose desmopressin orally disintegrating tablet in women with nocturia: results of a multicenter, randomized, double-blind, placebo controlled, parallel group study. J Urol. 2013 Sep;190(3):958-64.
Weiss JP, et al. Efficacy and safety of low dose desmopressin orally disintegrating tablet in men with nocturia: results of a multicenter, randomized, double-blind, placebo controlled, parallel group study. J Urol. 2013 Sep;190(3):965-72.
Philip Kerrebroeck, hoogleraar urologie, Maastricht Universitair Medisch Centrum
Mogelijke belangenverstrengeling: Philip Kerrebroeck is adviseur van Astellas, Astra Zeneca, Axonics, Blue Wind, Ferring en Medtronic
Reactie auteurs op bijdrage van Kerrebroeck
Wij danken collega Kerrebroeck voor zijn reactie op ons artikel. Hij onderschrijft het door ons genoemde bescheiden (fysiologisch) effect van desmopressine: gemiddeld 0,72 keer minder plassen per nacht. Hij verklaart dit doordat 40% van de gebruikers geen effect heeft van behandeling. Hij vermeldt hierbij niet dat in de meerderheid van de studies – die zijn samengevat in de systematische review – de patiënten zonder behandeleffect na de run-in periode geëxcludeerd werden, samen met de gebruikers die teveel bijwerkingen hadden.
De vraag naar algemene kwaliteit van leven scoort niet beter, ook niet in de door collega Kerrebroeck geciteerde en door Ferring gesponsorde artikelen. Dat het totaal en sommige afzonderlijke items op de voor de gelegenheid ontworpen Nocturia Quality of Life vragenlijst verschillen, maakt het er methodologisch niet beter op. Beide artikelen werden overigens opgenomen in de systematische review die wij citeren.
Los daarvan denken wij dat elke (huis)arts zich achter de oren zou moeten krabben wanneer het placebo effect van medicatie op een fysiologische uitkomstmaat blijvend is en dit effect aanzienlijk groter is dan het verschil tussen medicatie en placebo. Gezien dit aanzienlijke en blijvende placebo effect zijn wij het ronduit oneens met de suggestie om een proefbehandeling voor een week in te zetten.
Ten slotte nodigen wij collega Kerrebroeck uit om de klinische relevantie van de definitie van nachtelijke polyurie, zoals hij die voorstaat, nog eens kritisch tegen het licht te houden. Vrijwel elke patiënt die twee keer of vaker nycturie heeft, heeft volgens zijn definitie nachtelijke polyurie. Dit ontstaat door het meetellen van de eerste ochtendurine. Mensen die het bed niet uitgaan om te plassen vallen dus soms wel onder de diagnose nachtelijke polyurie. De doelgroep voor desmopressine, zoals door Kerrebroeck geformuleerd, is daarom een vertekende.
Marco Blanker en Frits Bareman.