Dames en Heren,
Bij een patiënt met hoge koorts dient men altijd naar het geneesmiddelengebruik te informeren. Niet alleen bij chemotherapie kan een neutropenie ontstaan; het is ook een bekende, maar zeldzame en gevaarlijke bijwerking van onder andere thyreostatica. In dit artikel beschrijven wij het optreden van agranulocytose met een fataal beloop bij een vrouw die thiamazol gebruikte. Wanneer de betrokken zorgprofessionals direct bedacht waren geweest op deze ernstige bijwerking thiamazol, dan was patiënte mogelijk niet overleden. Wat kan er gedaan worden om acute agranulocytose als bijwerking niet over het hoofd te zien?
Patiënt A, een 61-jarige vrouw, werd op maandag door haar huisarts naar de SEH verwezen vanwege een vermeende pneumonie. Eerder was patiënte wegens hoge koorts op vrijdagmiddag gezien door de waarnemend huisarts; deze had een luchtweginfectie vermoed en azitromycine voorgeschreven. Omdat de koorts tot 40°C persisteerde, was op verzoek van patiënte op zaterdagavond de dienstdoende huisarts langsgekomen…
Thiamazol en agranulocytose (antwoord auteurs)
Mw. van Heest geeft aan dat de meest voor de hand liggende oplossing het verstrekken van de medicatie door de ‘eigen’ apotheek is, aangezien er dan altijd goede communicatie met de huisarts zou plaatsvinden. Het heeft zeker meegespeeld dat de huisarts slechts per fax en niet direct electronisch op de hoogte is gesteld van de medicatiewijziging, omdat patiënte een ‘passant’ was bij deze apotheek. Het is echter de vraag of het tegenwoordig haalbaar is iedere patiënt te verplichten de medicijnen bij een vaste apotheek te halen. In het artikel hebben we benadrukt dat het belangrijk is dat iedere apotheek de huisarts adequaat informeert over de wijziging in medicatie. Een goede ondersteuning vanuit de gebruikte ICT-systemen zou hier enorm bij helpen, maar dat is in Nederland nog niet overal haalbaar.
Nog belangrijker is het naar onze mening echter dat iedere arts zich bewust is van het medicijngebruik bij een patiënt met koorts. Deze patiënte en haar man hadden het medicijngebruik gewoon aan de huisarts kunnen vertellen.
Reactie namens:
Kirsten M. Bessembinders, AIOS klinische geriatrie; J.M. (Mariska) Brinkers, huisarts; Paul D. van der Linden, ziekenhuisapotheker; Kris van Keulen, aios ziekenhuisfarmacie; en Jeroen J.J. de Sonnaville, internist-endocrinoloog Tergooiziekenhuizen, Hilversum.