Samenvatting
Beeldvormend onderzoek bij zwangeren geeft vaak zorgen over de effecten van straling en contrastmiddel. Om tot een keuze te komen gebruiken wij een stappenplan, dat we in dit artikel toelichten met een casus. Beeldvormend onderzoek zonder ioniserende straling heeft de voorkeur boven ioniserende straling. Als ioniserende straling niet te vermijden is, wordt de dosis op de foetus zo laag mogelijk gehouden, maar wel dusdanig dat het beeld nog acceptabel is voor diagnostiek (‘as low as reasonably achievable’). De tweede overweging is gebruik van intraveneus contrastmiddel. De risico’s van beeldvormend onderzoek voor de foetus – en de patiënt – worden afgewogen tegen de risico’s voor de patiënt als beeldvorming achterwege blijft. Ook zijn beleidsconsequenties belangrijk. Ten slotte wordt de patiënt geïnformeerd over het onderzoek, de noodzaak hiervan en eventuele nadelige effecten voor de foetus en haarzelf, zodat zij ‘informed consent’ kan geven.
commentaar
Met interesse lazen wij het artikel van Bleeker et al over verschillende vormen van beeldvormend onderzoek bij een zwangere patiënt met een verdenking van longembolie (d6377). Verschillende technieken passeren de revue en uiteindelijk wordt gekozen voor een CT pulmonalis angiografie (CTPA). Wij zijn het, gezien de presentatie van de 30 jarige patient, die 25 weken zwanger is, met dyspneu en pijn vastzittend aan de ademhaling zonder koorts, met een verhoogde Wells-score – niet duidelijk is hoe hoog deze score is - en in het laboratorium een verhoogde D-dimeerwaarde – een getal wordt niet gegeven - zonder verhoogde infectie waarde, eens met deze indicatie. Wij maken de lezer graag attent op het feit dat er twee gevalideerde diagnostische algoritmes voor zwangere patienten bestaan, waarvan het Artemis algoritme voor het grootste deel in Nederlandse ziekenhuizen onderzocht is (1). Dit algoritme is een voor de zwangere patient aangepast YEARS diagnostisch algoritme (figuur) waarbij, indien naast de verdenking van longembolie ook een klinische verdenking van trombosebeen bestaat - zoals bij de patient uit het review - eerst een compressie-echografie wordt uitgevoerd; is deze afwijkend dan wordt geen CTPA uitgevoerd, omdat in dat geval al een indicatie voor antistollingsmedicatie bestaat. Het Artemis algoritme bleek veilig om bij zwangere patienten een longembolie uit te sluiten– er werd in 477 patienten die initieel normale testuitslagen hadden slechts 1 patient met een DVT waargenomen tijdens drie maanden follow-up (VTE failure 0.2%) – was een CTPA niet geïndiceerd in 39% van alle patienten en in het eerste trimester zelfs 65%. Dit algoritme wordt in steeds meer ziekenhuizen toegepast. Als met behulp van het Artemis algoritme een CTPA wel geïndiceerd is, gaat dit gepaard met klein risico voor effecten van stralen voor foetus en moeder, zoals terecht gesteld door Bleeker.
Van der Pol LM et al. Pregnancy-Adapted YEARS Algorithm for Diagnosis of Suspected Pulmonary Embolism. N Engl J Med 2019;380:1139-49. DOI: 10.1056/NEJMoa1813865