Samenvatting
Doel
Evalueren van de resultaten van proctocolectomie waarbij een ileoanale anastomose wordt aangelegd met een ileum-‘pouch’ (IPAA).
Opzet
Retrospectief.
Methode
Van de 100 patiënten bij wie een IPAA-procedure werd verricht in de periode 1994/'99 op de afdeling Heelkunde van het Academisch Medisch Centrum te Amsterdam werden gegevens verzameld over de complicaties; bij de patiënten met een follow-up langer dan 12 maanden werden de functionele resultaten bestudeerd.
Resultaten
De groep patiënten bestond uit 48 mannen en 52 vrouwen, met een gemiddelde leeftijd van 36,3 jaar (uitersten: 15-62). De preoperatieve diagnosen waren: colitis ulcerosa (n = 84), familiaire polyposis coli (12), ‘slow transit’-obstipatie (2), ziekte van Hirschsprung (1) en Muir-Torre-syndroom (1). De mediane operatieduur was 2,3 h, het peroperatieve bloed- en vochtverlies 500 ml en de mediane opnameduur 15 dagen. Er was geen sterfte. Bij 10 patiënten werd een ontlastend stoma aangelegd - bij 6 van hen wegens postoperatieve complicaties. Bij 30 patiënten traden vroege of late complicaties op; 10 patiënten moesten een relaparotomie ondergaan. Na 12 maanden was 1 pouch geëxcideerd en hadden 2 patiënten nog een ontlastend stoma. Bij 56 patiënten met een follow-upduur van tenminste 12 maanden was de mediane 24-uursdefecatiefrequentie 6. Van hen was 89 tevreden tot zeer tevreden met de uiteindelijke situatie.
Conclusie
Proctocolectomie met een IPAA is een veilige procedure met goede functionele resultaten.
artikel
Inleiding
Sinds de jaren tachtig van de 20e eeuw is het mogelijk om bij proctocolectomie de anale sfincter te sparen en het terminale ileum, na constructie van een reservoir (een zogenaamde ‘pouch’), te anastomoseren met het proximale anale kanaal. Veel artsen en patiënten menen dat deze procedure, proctocolectomie met een ileumpouch-anale anastomose (IPAA), een operatie is met aanzienlijke morbiditeit en slechte functionele resultaten.
De belangrijkste indicaties voor deze ingreep zijn colitis ulcerosa (CU) en familiaire polyposis coli (FAP). Bij patiënten met CU zijn therapieresistentie of -afhankelijkheid, toxisch megacolon, ernstige dysplasie en maligniteit redenen om deze procedure te overwegen.1 FAP-patiënten krijgen multipele adenomen (vaak honderden tot duizenden) tussen het 20e en 30e levensjaar; deze adenomen ontaarden meestal in adenocarcinomen op 40-50-jarige leeftijd.2 Door middel van proctocolectomie kan bij beide groepen patiënten al het aangedane slijmvlies worden verwijderd.
Buiten Nederland zijn er de laatste jaren onderzoeken gepubliceerd waarin wordt beschreven dat een IPAA een veilige operatie is met goede functionele resultaten, lage sterfte en acceptabele morbiditeit. Uit deze onderzoeken blijkt duidelijk dat de resultaten van de ingreep verbeteren met het toenemen van de ervaring.34
De vraag is of deze goede resultaten ook in een Nederlands centrum met ervaring kunnen worden bereikt. Om deze vraag te kunnen beantwoorden onderzochten wij de morbiditeit, operatiesterfte en functionele resultaten bij de patiënten die de laatste 5 jaar een proctocolectomie hadden ondergaan waarbij een IPAA was aangelegd.
patiënten en methoden
In de periode 1994/'99 werd bij 100 patiënten op de afdeling Heelkunde van het Academisch Medisch Centrum te Amsterdam een IPAA-procedure verricht. De preoperatieve diagnose was ‘CU’ bij 84 van deze patiënten, ‘FAP’ bij 12, ‘idiopathische “slow transit’'-obstipatie’ bij 2 patiënten en ‘de ziekte van Hirschsprung’ en ‘Muir-Torre-syndroom’5 (een combinatie van zeldzame cutane sebaceuze neoplasmata met tenminste 1 laaggradige viscerale maligniteit) elk bij 1 patiënt. Op grond van het pathologisch-anatomisch onderzoek was postoperatief bij 14 CU-patiënten de diagnose gewijzigd in ‘colitis van onbepaald type’ en bij 8 anderen in ‘de ziekte van Crohn’. Bij 11 patiënten (7 met CU, 3 met FAP en 1 met Muir-Torre-syndroom) was tevens een adenocarcinoom in het resectiepreparaat gevonden.
De details van de operatietechniek zijn reeds eerder beschreven;67 wij vatten die kort samen. Het rectum werd vrijgeprepareerd en de anorectale overgang werd doorgenomen met een nietapparaat. Vervolgens werd een gemodificeerde J-pouch met een lengte van 12-14 cm geconstrueerd (figuur 1), die met behulp van een circulair nietapparaat met de anus werd verbonden (zie figuur 1b).7 Bij alle operaties en poliklinische controles was één van de auteurs (J.F.M.S.) aanwezig. De patiënten werden poliklinisch gecontroleerd na 3, 6 en 12 maanden. Operatieve sterfte werd gedefinieerd als overlijden tijdens ziekenhuisopname.
Retrospectief werden met behulp van een verrichtingenregistratiesysteem en vanuit medische dossiers gegevens verzameld met betrekking tot de diagnose, de directe postoperatieve complicaties, de late complicaties en de functionele resultaten van alle patiënten met een follow-upperiode langer dan 12 maanden. De mate van continentie werd gegradeerd als ‘normaal’, ‘minimale incontinentie’ of ‘ernstige incontinentie’ aan de hand van klinische standaardcriteria.8 De diagnose ‘pouchitis’ werd gesteld op grond van het klinisch beeld, gekenmerkt door algemene malaise en frequente, waterige diarree met bloedbijmenging, in combinatie met het endoscopische beeld, waarbij ulceratieve ontstekingen in de pouch worden gezien (figuur 2).
resultaten
De groep bestond uit 48 mannen en 52 vrouwen; de gemiddelde leeftijd ten tijde van de operatie bedroeg 36,3 jaar (uitersten: 15-62) jaar en de gemiddelde follow-upperiode was 15 maanden (1-55). Er hadden 46 patiënten in een eerder stadium een totale colectomie ondergaan, waarbij het rectum in situ was gelaten. Bij de overige patiënten was de operatie in één tempo verricht.
Bij alle patiënten was de anastomose in eerste instantie met de circulaire niettechniek aangelegd. Bij 6 patiënten was een handgeknoopte anastomose aangelegd wegens het falen van de niettechniek. De mediane operatieduur was 2 h en 20 min (1 h en 35 min-4 h en 55 min), het mediane peroperatieve bloed- en vochtverlies bedroeg 500 ml (50-2500) en het mediane verblijf in het ziekenhuis duurde 15 dagen (9-59). Er was bij 10 patiënten een ontlastend ileostoma aangelegd: bij 6 patiënten wegens postoperatieve complicaties en bij 4 profylactisch omdat de anastomose technisch niet volmaakt leek. De gemiddelde periode tussen het aanleggen en het sluiten van de ileostomata bedroeg 5,5 maanden (4-18); in dit opzicht was er geen verschil tussen stomata die waren aangelegd wegens postoperatieve complicaties en profylactisch aangelegde stomata.
Geen van de patiënten was per- of postoperatief of tijdens de follow-upperiode overleden.
Vroege complicaties
Direct na de operatie deed zich bij 27 van de 100 patiënten een complicatie voor die bij 21 samenhing met de procedure (tabel 1). Van hen moesten 10 patiënten een relaparotomie ondergaan: 4 patiënten vanwege een dunnedarmobstructie, 5 patiënten in verband met naadlekkage van de pouch en/of vorming van een abces in het kleine bekken - zij en 2 van de 4 patiënten met dunnedarmobstructie kregen een ontlastend stoma, en 1 patiënt vanwege een buikwandbreuk die 10 dagen postoperatief ten gevolge van een draadbreuk was ontstaan en die operatief moest worden gecorrigeerd.
Late complicaties
Bij 1 patiënt werd op eigen verzoek de pouch verwijderd omdat het functionele resultaat niet bevredigend was. De diagnose ‘pouchitis’ werd bij 4 patiënten gesteld; deze aandoening kon met conservatieve maatregelen behandeld worden. Er waren bij 8 patiënten perianale fistels ontstaan 2 tot 24 maanden na de operatie (mediaan: 8 maanden). Van hen konden 5 curatief worden behandeld met een fistulotomie of een slijmvliesverschuivingsplastiek; 1 patiënt had een rustige fistel met weinig klachten en 2 patiënten kregen een ontlastend stoma. De preoperatieve diagnose bij de 8 patiënten met een fistel was ‘CU’, maar was bij 3 van hen postoperatief veranderd in ‘colitis van onbepaald type’ en bij 2 in ‘de ziekte van Crohn’. Van de 8 patiënten bij wie achteraf de ziekte van Crohn gediagnosticeerd werd, had er 1 in verband met fistelvorming een ontlastend stoma gekregen en bij 2 was er een mogelijk met de ziekte van Crohn samenhangende complicatie opgetreden, te weten een perianale fistel en een ernstige pouchitis.
Functionele resultaten
De functionele resultaten bij 56 patiënten die tenminste 12 maanden waren gevolgd zijn weergegeven in tabel 2. De mediane defecatiefrequentie was 6 maal per 24 uur, waarvan ongeveer 1 keer 's nachts. Er gaven 50 patiënten (89) aan tevreden te zijn met de uitkomst. Totale continentie werd bij 42 patiënten (75) na 1 jaar bereikt en 2 (4) rapporteerden nog incidenteel last te hebben van ernstige incontinentie, met name als zij waterdunne ontlasting hadden. Door 20 patiënten (36) werden antidiarrhoica, zoals loperamide, 1 jaar na de operatie nog gebruikt, waarbij er grote inter- en intra-individuele verschillen in dosering waren. Van alle 56 patiënten kon 93 het verschil voelen tussen flatus en faeces; 25 van de patiënten had nog ‘soiling’-klachten, met name 's nachts.
Postoperatief ontstond bij 2 mannen tijdelijke retrograde ejaculatie; bij beiden was dit probleem na 6 maanden verdwenen. Een vrouw had in de eerste maanden na de operatie klachten van dyspareunie. Er hadden 3 vrouwen tijdens de follow-upperiode kinderen gekregen; die werden allen langs vaginale weg geboren.
beschouwing
Sinds de eerste beschrijving, in 1978, van een proctocolectomie gecombineerd met een anale reconstructie door middel van een ileumpouch,9 is deze operatie wereldwijd uitgegroeid tot een van de meest toegepaste chirurgische behandelingsvormen voor patiënten met CU of FAP.4 10 Hoewel de vroege operaties gepaard gingen met veel complicaties als gevolg waarvan veel ileumpouches verwijderd moesten worden, zijn er de laatste jaren beduidend betere resultaten gemeld.34 711-15 Deze verbetering is waarschijnlijk het gevolg van de toegenomen ervaring met de procedure. Bij de oorspronkelijke anastomosetechniek werd in de rectumstomp, na transanale mucosectomie, de pouch via met de hand gemaakte knopen verbonden met het anale kanaal; daarnaast is een nieuwe techniek ontwikkeld waarbij de anastomose tussen de pouch en de anus met behulp van een circulair nietapparaat wordt gemaakt. Het voordeel van deze niettechniek is dat de methode sneller is dan die met de handgeknoopte anastomose en dat de functionele resultaten beter zijn omdat aanzienlijke anusdilatatie, zoals nodig is voor de transanale mucosectomie, wordt vermeden.16-18 Het aantal anastomosecomplicaties, waaronder lekkage en fistelvorming, is bij beide technieken gelijk, hoewel incidenteel minder complicaties na de geniete anastomose worden beschreven.14 Bovendien kan bij de meerderheid van de patiënten de procedure worden verricht zonder dat er een ontlastend ileostoma wordt aangelegd.19
Hoewel medicamenteuze therapie voor CU de eerste keuze is en hoewel zelfs voor FAP aangetoond is dat een niet-steroïde anti-inflammatoir geneesmiddel als sulindac effectief kan zijn, blijft operatieve verwijdering van alle mucosa die de kans loopt aangedaan te worden, de enige definitieve behandeling. De levensfase waarin deze patiënten geopereerd worden ligt gemiddeld tussen de 20 en 40 jaar. Tijdens deze belangrijke periode in het leven worden langetermijnrelaties aangegaan en carrièreplannen gemaakt. Aangezien de patiënten na de operatie een lange levensverwachting hebben, is het van groot belang om een operatie te kiezen die zo min mogelijk interfereert met het dagelijks leven, dus een operatie met weinig complicaties, met goede functionele resultaten en zonder sterfte, die daarnaast een zo goed mogelijke kwaliteit van leven waarborgt.
Er zijn meerdere publicaties over de kwaliteit van leven na een IPAA verschenen waarbij patiënten die deze ingreep hebben ondergaan, aangeven dat zij hiermee tevreden of zeer tevreden zijn.3 172021 De kwaliteit van leven die deze patiënten aangaven, was beter dan die welke werd aangegeven door patiënten die een eindstandig ileostoma kregen.22 In een recente publicatie daarentegen wordt gesteld dat bij een geselecteerde groep patiënten na de aanleg van een ileostoma een gelijke waardering van de kwaliteit van leven wordt bereikt met minder postoperatieve complicaties.23 Onze ervaring is echter dat indien de twee verschillende mogelijkheden aan patiënten worden voorgelegd, minder dan 5 kiest voor een eindstandig stoma. Van onze patiënten was 89 tevreden tot zeer tevreden over de functionele resultaten na de operatie. Volledige continentie voor flatus en ontlasting werd door 75 van alle patiënten aangegeven. Deze functionele resultaten komen overeen met de bevindingen die door andere centra worden gerapporteerd.317 212324
In dit onderzoek werden bij 21 van de patiënten postoperatief met de procedure samenhangende complicaties gezien en de sterfte bedroeg 0. Aan het einde van de follow-upperiode was bij 1 patiënt, op eigen verzoek, de pouch verwijderd en 2 patiënten hadden nog een stoma vanwege perianale fistelvorming. Deze complicatiepercentages zijn vergelijkbaar met die van andere centra waarbij de ervaring van de laatste 5 jaar is beschreven (tabel 3).3 42425
Aan de hand van de gegevens uit dit onderzoek kan geconcludeerd worden dat in een centrum met ervaring een proctocolectomie met een IPAA uitgevoerd kan worden zonder sterfte en met een acceptabele morbiditeit. Het is een veilige operatie met voor de overgrote meerderheid van de patiënten een bevredigend functioneel resultaat.
Literatuur
Vroonhoven ThJMV van, Ottow RT.‘Restauratieve’ proctocolectomie: operatie van eerste keuze bijcolitis ulcerosa. Ned TijdschrGeneeskd 1990;134:1244-6.
Bussey HJR. Family studies, histopathology, differentialdiagnosis and results of treatment. In: Bussey HJR, editor. Familialpolyposis coli. Baltimore: Johns Hopkins University Press; 1975.
Fazio VW, Ziv Y, Church JM, Oakley JR, Lavery IC, MilsomJW, et al. Ileal pouch-anal anastomoses complications and function in 1005patients. Ann Surg 1995;222:120-7.
Meagher AP, Farouk R, Dozois RR, Kelly KA, Pemberton JH. Jileal pouch-anal anastomosis for chronic ulcerative colitis: complicationsand long-term outcome in 1310 patients. Br J Surg 1998;85:800-3.
Schwartz RA, Torre DP. The Muir-Torre syndrome: a 25-yearretrospect. J Am Acad Dermatol 1995;33:90-104.
Slors JFM, Taat CW, Brummelkamp WH. De ileo-analeanastomose met ileumreservoir. NedTijdschr Geneeskd 1990;134:334-7.
Slors JFM, Taat CW. Ileal pouches: technical aspects ofthe pouch-anal anastomosis. Ann Ital Chir 1994;65:455-8.
Nicholls RJ, Pezim ME. Restorative proctocolectomy withileal reservoir for ulcerative colitis and familial adenomatous polyposis: acomparison of three reservoir designs. Br J Surg 1985;72:470-4.
Parks AG, Nicholls RJ. Proctocolectomy without ileostomyfor ulcerative colitis. Br Med J 1978;ii:85-8.
Kartheuser AH, Parc R, Penna C, Tiret E, Frileux P,Hannoun L, et al. Ileal pouch-anal anastomosis as the first choice operationin patients with familial adenomatous polyposis: a ten-year experience.Surgery 1996;119:615-23.
Oresland T, Fasth S, Nordgren S, Hallgren T, Hulten L. Aprospective randomized comparison of two different pelvic pouch designs.Scand J Gastroenterol 1990;25:986-96.
Miller R, Bartolo DC, Orrom WJ, Mortensen NJ, Roe AM,Cervero F. Improvement of anal sensation with preservation of the analtransition zone after ileoanal anastomosis for ulcerative colitis. Dis ColonRectum 1990;33:414-8.
Mowschenson PM, Critchlow JF, Rosenberg SJ, Peppercorn,MA. Factors favoring continence, the avoidance of a diverting ileostomy andsmall intestinal conservation in the ileoanal pouch operation. Surg GynecolObstet 1993;177:17-26.
Ziv Y, Fazio VW, Church JM, Lavery IC, King TM,Ambrosetti P. Stapled ileal pouch anal anastomoses are safer than handsewnanastomoses in patients with ulcerative colitis. Am J Surg1996;171:320-3.
Oresland T, Hulten L. Ileal pouch and function afterendoanal mucosectomy and handsewn ileoanal anastomosis compared with stapledanastomosis without mucosectomy letter. Eur J Surg 1996;162:25.
Tuckson W, Lavery I, Fazio V, Oakley J, Church J, MilsomJ. Manometric and functional comparison of ileal pouch anal anastomosis withand without anal manipulation. Am J Surg 1991;161:90-6.
Gozzetti G, Poggioli G, Marchetti F, Laureti S, Grazi GL,Mastrorilli M, et al. Functional outcome in handsewn versus stapled ilealpouch-anal anastomosis. Am J Surg 1994;168:325-9.
Reilly WT, Pemberton JH, Wolff BG, Nivatvongs S, DevineRM, Litchy WJ, et al. Randomized prospective trial comparing ileal pouch-analanastomosis performed by excising the anal mucosa to ileal pouch-analanastomosis performed by preserving the anal mucosa. Ann Surg1997;225:666-77.
Sagar PM, Lewis WG, Holdsworth PJ, Johnston D. One-stagerestorative proctocolectomy without temporary defunctioning ileostomy. DisColon Rectum 1992;35:582-8.
Walsh RM, Aranha GV, Freeark RJ. Mortality and quality oflife after total abdominal colectomy. Arch Surg 1990;125:1564-6.
Nyam DC, Brillant PT, Dozois RR, Kelly KA, Pemberton JH,Wolff BG. Ileal pouch-anal canal anastomosis for familial adenomatouspolyposis: early and late results. Ann Surg 1997;226:514-21.
Kohler LW, Pemberton JH, Zinsmeister AR, Kelly KA.Quality of life after proctocolectomy. A comparison of Brooke ileostomy, Kockpouch, and ileal pouch-anal anastomosis. Gastroenterology1991;101:679-84.
Jimmo B, Hyman NH. Is ileal pouch-anal anastomosis reallythe procedure of choice for patients with ulcerative colitis? Dis ColonRectum 1998;41:41-5.
Reissman P, Teoh TA, Weiss EG, Nogueras JJ, Wexner SD.Functional outcome of the double stapled ileoanal reservoir in patients morethan 60 years of age. Am Surg 1996;62:178-83.
McCourtney JS, Finlay IG. Totally stapled restorativeproctocolectomy. Br J Surg 1997;84:808-12.
Proctocolectomie met een ileum-'pouch'-anale anastomose; resultaten bij 100 opeenvolgende patiënten in het Academisch Medisch Centrum te Amsterdam, 1994/'99
Utrecht, april 2000,
Gelet op een eerdere gedachtewisseling over de mogelijkheden tot reconstructie na proctocolectomie zal onze reactie op het artikel van Van Duijvendijk et al. (2000:612-6) niet als onverwacht worden ervaren. De groep uit het Academisch Medisch Centrum (AMC) verdient gelukwensen met de behaalde resultaten die wat betreft complicaties en succes vergelijkbaar zijn met de resultaten van gerenommeerde centra. Wij voelen ons echter geroepen deze resultaten wat te nuanceren.
Het lage percentage ‘pouch’-falen (3%) moet gezien de korte follow-upperiode met enige reserves ontvangen worden. Op de Chirurgendagen van mei 2000 zal een - onder anderen door ondergetekenden - recentelijk uitgevoerd literatuuronderzoek worden gepresenteerd naar de resultaten van 40 centra (totaal patiëntenaantal: 8701); er werd 6,5% (uitersten: 0-18) pouchfalen gezien, oplopend naar 11% (8-17) bij een follow-upduur van 60 maanden (6 onderzoeken; 1900 patiënten). De resultaten van Meagher et al.1 en Fazio et al.2 worden wat pouchfalen betreft dan ook niet juist gepresenteerd; deze bedroegen respectievelijk 10% en 4,5%.
Het totale aantal pouchgebonden complicaties (bekkensepsis: 6%, fistels: 7%, ernstige incontinentie: 2%, en seksuele disfunctie: 3%) bedroeg 18%; dit percentage mag laag genoemd worden. Het verbaast ons echter wel dat er bij geen enkele patiënt stricturen zijn ontstaan. In 14 onderzoeken werd een percentage pouchgebonden complicaties van 38 (20-63) vastgesteld; de 18% pouchgebonden complicaties in dit onderzoek, eventueel aangevuld met de stricturen, komt hiermee goed overeen. Vergelijking van de resultaten van het AMC met die uit de literatuur laat zien dat ze inderdaad volledig in de lijn liggen van die van andere instituten met ervaring in pouchchirurgie. De relatief korte follow-upperiode ten aanzien van pouchfalen enerzijds en de incomplete weergave van de pouchgebonden complicaties anderzijds (stricturen) maken de interpretatie van deze resultaten iets te rooskleurig. De aanwezigheid van publicatiebias lijkt hier niet denkbeeldig. De ileumpouchanale anastomose (IPAA), als electieve ‘kwaliteit van leven’-ingreep, gaat ondanks 20 jaar expertise nog steeds gepaard met een aanzienlijk percentage ingreepgebonden complicaties en een niet te verwaarlozen percentage pouchfalen.
Meagher AP, Farouk R, Dozois RR, Kelly KA, Pemberton JH. J ileal pouch-anal anastomosis for chronic ulcerative colitis: complications and long-term outcome in 1310 patients. Br J Surg 1998;85:800-3.
Fazio VW, Ziv Y, Church JM, Oakley JR, Lavery IC, Milsom JW, et al. Ileal pouch-anal anastomoses complications and function in 1005 patients. Ann Surg 1995;222:120-7.
Proctocolectomie met een ileum-'pouch'-anale anastomose; resultaten bij 100 opeenvolgende patiënten in het Academisch Medisch Centrum te Amsterdam, 1994/'99
Amsterdam, mei 2000,
Hueting et al. betwijfelen in onze rapportage de afwezigheid van stricturen. In de beschreven groep van 100 patiënten met een IPAA zijn er geen klinisch significante stricturen van de ileoanale anastomose vastgesteld. Overigens kan wel een verklaring worden gegeven voor de afwezigheid van relevante stricturen. Allereerst leidt het niet aanleggen van een ontlastend stoma tot een direct postoperatieve fecale stroom, die verhindert dat de anastomose kan retraheren. Ten tweede wordt door het gebruik van een circulaire ‘stapler’ van voldoende diameter de kans op stricturen aanmerkelijk verminderd. Tot slot wordt geen mucosectomie verricht met de dubbele ‘stapling’-techniek. Deze factoren zijn overigens al in 1994 door Lewis et al. genoemd.1
Een adequate reactie op het nog niet gepubliceerde literatuuronderzoek is niet eenvoudig. In ieder geval lijkt er wat betreft Meagher et al.2 en Fazio et al.3 sprake van een misverstand: de door ons geciteerde percentages hadden betrekking op de laatste 5 jaar; onzes inziens konden de resultaten alleen op deze wijze worden vergeleken met de onze, gegeven het belang van de leercurve. Uiteraard zijn wij met het fenomeen bekend dat met het verstrijken van de jaren de kans op pouchfalen toeneemt; overigens kan in een aantal gevallen een zogenaamde ‘redo’-procedure worden aangeboden. Alles overwegende hebben wij de indruk dat de huidige IPAA-procedure, met inachtneming van de door ons beschreven voorzorgen, de beste procedure is onder de gegeven omstandigheden, die voor de patiënten een duidelijke en bij de meerderheid blijvende verbetering van de kwaliteit van leven oplevert. Het is nog de vraag of nieuwere technieken tot soortgelijke functionele langetermijnresultaten kunnen leiden.
Lewis WG, Kuzu A, Sagar PM, Holdsworth PJ, Johnston D. Stricture at the pouch-anal anastomosis after restorative proctocolectomy. Dis Colon Rectum 1994;37:120-5.
Meagher AP, Farouk R, Dozois RR, Kelly KA, Pemberton JH. J ileal pouch-anal anastomosis for chronic ulcerative colitis: complications and long-term outcome in 1310 patients. Br J Surg 1998;85:800-3.
Fazio VW, Ziv Y, Church JM, Oakley JR, Lavery IC, Milsom JW, et al. Ileal pouch-anal anastomoses complications and function in 1005 patients. Ann Surg 1995;222:120-7.