Infectie met het hepatitis B-virus (HBV) komt wereldwijd voor, maar incidentie en transmissie tonen sterke geografische verschillen.1-5 Infectie met HBV kan leiden tot acute hepatitis, fulminante hepatitis, chronisch dragerschap, chronische persisterende hepatitis of chronische agressieve hepatitis en tot verschillende extrahepatische verschijnselen.6 Chronische dragers van HBV hebben een vergrote kans op het krijgen van hepatocellulair carcinoom.7 Kinderen die op jonge leeftijd met HBV geïnfecteerd worden, hebben een veel grotere kans om chronische drager te worden dan volwassenen.189
Wat is in geval van chronisch dragerschap de kans op horizontale transmissie op peuterspeelzalen en basisscholen? Ons wordt nogal eens gevraagd of kinderen die HBV-drager zijn, gewoon naar dagverblijf of school kunnen. Tevens is dan de vraag of er voor leerlingen en leraren op zo'n school preventieve maatregelen getroffen moeten worden, bijvoorbeeld in de vorm van vaccinatie.
Epidemiologie van dragerschap van hepatitis b-virus
Het percentage dragers van het…
(Geen onderwerp)
Rotterdam, april 1991,
Met belangstelling hebben wij het artikel van de collegae Versteegh, Wauters en Roord gelezen (1991;508-11). Wij zouden gaarne hierbij enkele aanvullende opmerkingen willen plaatsen.
Nu er een effectief en veilig hepatitis B-vaccin op grote schaal beschikbaar is, lijkt de weg geopend voor serieuze pogingen hepatitis B tot de laagst haalbare prevalentie terug te dringen.
De Gezondheidsraad heeft diverse risicogroepen voor hepatitis B genoemd en vaccinatieadviezen gegeven.1 Kinderen op scholen waar hepatitis B (dragerschap) voorkomt, behoren hier niet toe. Nu blijkt dat naast de perinatale transmissie ook horizontale transmissie van hepatitis B-virus op de kleuter/ schoolleeftijd een belangrijke rol speelt in de incidentie van hepatitis B.2 Een onderzoek bij kinderen van vluchtelingen uit Zuidoost-Azië in de USA bevestigt dit gegeven.3 Het risico voor besmetting van kinderen op Nederlandse scholen bij aanwezigheid van een chronische drager is onbekend. Er is echter geen reden om een ander risico dan bijv. in de USA aan te nemen. Hoe nu te handelen in een situatie waarin op school hepatitis B-dragerschap voorkomt? Versteegh et al. adviseren: Preventie van bijtgedrag, testen van ‘bijters’ op HBsAg en passieve immunisatie van gebetenen, al dan niet met actieve vaccinatie. Leerkrachten en (of) verzorgers van scholen met een hepatitis B-drager hebben dan onzes inziens een onhaalbare taak: bijtgedrag voorkomen, hetgeen niet zonder sociale isolatie en discriminatie gepaard zal kunnen gaan. Een oplossing voor het heden is misschien ringvaccinatie tegen hepatitis B, waarbij kinderen die met een besmettelijke drager regelmatig in contact kunnen komen, gevaccineerd worden. Deze oplossing is evenmin ideaal. Daarom is algehele vaccinatie van kinderen wenselijk, te meer nu incorporatie van hepatitis B-vaccin in andere bestaande vaccins (zoals DKTP) mogelijk is.
Gezondheidsraad. Advies inzake hepatitis B 1983. Ministerie van WVC. 's-Gravenhage: Staatsuitgeverij, 1983.
Davis LG, Weber DJ, Lemon SM. Horizontal transmission of hepatitis B virus. Lancet 1989; i: 889-93.
Franks AL, Berg CJ, Kane MA, et al. Hepatitis B virus infection among children born in the United States to Southeast Asian refugees. N Engl J Med 1989; 321: 1301-5.
(Geen onderwerp)
Utrecht, april 1991,
Wij danken de collegae Del Canho, Grosheide en Schalm voor hun aanvullende opmerkingen. Wij onderschrijven het belang van horizontale transmissie in de overdracht van hepatitis B.
In ons artikel adviseren wij leerkrachten extra aandacht te besteden aan het vóórkomen (prevalentie) van transmissie bevorderend gedrag, niet aan het voorkómen (preventie) van dit gedrag. Ook wij zien de nadelen c.q. onmogelijkheid in van het laatste. Bij transmissie bevorderend gedrag denken wij, zoals in ons artikel beschreven, niet alleen aan bijten, maar ook aan speekselcontact (bijv. zoenen), krabben, gemeenschappelijk gebruik van tandenborstels, of het uitwisselen van kauwgom en snoep. Ook wij vinden de door Del Canho et al. gesuggereerde mogelijkheid van ringvaccinatie niet ideaal. Zoals reeds gesteld, leidt het vaccineren van uitsluitend risicogroepen niet tot het verminderen van de incidentie onder de bevolking. Wij onderschrijven de suggestie routinematige immunisatie van alle pasgeborenen tegen hepatitis B te verrichten.1 Totdat dit in Nederland is gerealiseerd, herhalen wij ons advies na een incident passieve immunisatie te verrichten, eventueel aangevuld met actieve vaccinatie.
Grosheide PM, Postema CA. Hepatitis B. Dienen de vigerende richtlijnen voor vaccinatie te worden herzien? Bulletin Infectieziekten 1990; i: 12-6.