Als jonge arts-onderzoeker had Jeroen Hermanides een duidelijk doel voor ogen: de zorg verbeteren met nieuwe ideeën en innovatie. Maar gaandeweg veranderde hij van gedachte. ‘We moeten juist wat minder doen.’
Als anesthesioloog in het Amsterdam UMC merkte Jeroen Hermanides dat de operatiekamer steeds voller kwam te staan, met innovatieve apparaten die de patiëntenzorg zouden verbeteren. Het deed hem denken aan de Monty Python-sketch The Machine That Goes Ping. Daarin staat een verloskamer zo vol met apparaten dat het zorgpersoneel de bevallende patiënt letterlijk uit het oog verliest.
Maar wat in 1983 satire was, dreigt volgens Hermanides nu werkelijkheid te worden. Ondertussen blijven de grote beloftes van innovatie uit. Denk aan toekunnen met minder personeel en betere patiëntenzorg. Een kwestie van geduld? Of houden we onszelf voor de gek?
Volgens Hermanides…
'kwaliteit' en 'de boel in de lucht houden'
Dit artikel onderbouwt heel goed wat er naast innovatie concreet wordt verwacht van de zorg in een algemeen ziekenhuis; namelijk het leveren van kwalitatief voldoende en zinvolle (acute) zorg. Dat deze basale zorg inmiddels (onzichtbaar) in het gedrang is, lijkt in de praktijk ondergeschikt aan het aanleveren van verplichte (zinloze) kwaliteitsindicatoren en de aanschaf van kostbare hybride OK-facaliteiten. Op het Qualicor dashboard zijn oneindig veel vinkjes te vinden die iets moeten zeggen over de kwaliteit van geleverde zorg, maar nergens is terug te vinden hoe vaak de SEH is gesloten en/of patienten niet kunnen worden opgenomen door het ontbreken van klinische bedden. Het is heel goed om kwaliteit te herdefinieren en te registreren met als absolute ondergrens het kunnen leveren van zinvolle acute zorg. Overigens kan de druk op de ziekenhuizen daarbij verminderd worden door met elkaar voor de voordeur van het ziekenhuis op een innovatieve manier te bespreken wat zinvolle acute zorg is.