Twee kinderen in Nederland met een Corynebacterium diphtheriae-infectie

Corynebacterium diphtheriae
Jo-Anne Janson
Else M. Bijker
Helke van Dessel
Ivar P.E. Gondrie
Michiel van der Flier
Jop Jans
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2024;168:D8111
Abstract

Beste collega’s,

Dit artikel gaat over infecties met Corynebacterium diphtheriae. Dankzij vaccinatie was de klassieke difterie nagenoeg verdwenen uit Nederland. Toch zagen wij twee patiënten met een C. diphtheriae-infectie. Het is dus belangrijk dat artsen deze ziekte herkennen.

Samenvatting

Infecties met Corynebacterium diphtheriae waren nagenoeg afwezig onder de Nederlandse bevolking dankzij vaccinatie. Door geïmporteerde infecties met C. diphtheriae uit landen met een lage vaccinatiegraad zijn infecties met deze bacterie echter weer in opkomst. Gelijktijdig nemen de vaccinatiepercentages onder Nederlandse kinderen af, wat het risico op uitbraken verhoogt. Exotoxinen van toxigene C. diphtheriae-stammen veroorzaken ernstige symptomen. Ook kunnen infecties met niet-toxigene stammen optreden; vaccinatie biedt hier geen bescherming tegen. Wij beschrijven een patiënt met klassieke difterie, alsmede een infectie met de niet-toxigene variant van C. diphtheriae. De bacterie zelf is zelden invasief; alleen het toxine verspreidt zich. Stammen die geen toxinen produceren, manifesteren zich lokaal met minder ernstige symptomen, maar kunnen invasief worden en bacteriëmie en endocarditis veroorzaken. Omdat infecties met niet-toxigene stammen niet meldingsplichtig zijn, is er weinig bekend over hun epidemiologie. Voor de kweek van C. diphtheriae zijn specifieke kweekmedia nodig, wat ertoe kan bijdragen dat de diagnose soms gemist wordt.

Auteursinformatie

Maastricht UMC+/MosaKids Kinderziekenhuis, afd. Kindergeneeskunde, Maastricht: drs. J. Janson, kinderarts (thans: Zuyderland Medisch Centrum, Heerlen); dr. E.M. Bijker, kinderarts-fellow kinderinfectiologie/immunologie; afd. Medische Microbiologie, Infectieziekten en Infectiepreventie: drs. H. Van Dessel, arts-microbioloog. St. Jansdal Ziekenhuis, afd. Kindergeneeskunde, Harderwijk: drs. I.P.E Gondrie, kinderarts. Wilhelmina Kinderziekenhuis, afd. Kinderinfectieziekten en Immunologie, Utrecht: dr. M. van der Flier, kinderarts-infectioloog/immunoloog; dr. J. Jans, kinderarts-fellow kinderinfectiologie/immunologie.

Contact J. Janson (j.janson@zuyderland.nl)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: ICMJE-formulieren met de belangenverklaring van de auteurs zijn online beschikbaar bij dit artikel.

Auteur Belangenverstrengeling
Jo-Anne Janson ICMJE-formulier
Else M. Bijker ICMJE-formulier
Helke van Dessel ICMJE-formulier
Ivar P.E. Gondrie ICMJE-formulier
Michiel van der Flier ICMJE-formulier
Jop Jans ICMJE-formulier
Dit artikel is gepubliceerd in het dossier
Public Health
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Bart
van Pinxteren

Dank voor deze eye-opener. Het zou mij helpen als de auteurs nog even op een rij zetten wat de "genoemde epidemiologische risicofactoren" uit de conclusie/aanbeveling zijn omdat ik wat moeite heb om die uit het artikel te halen. Is dat mogelijk? We zien in de huisartsprakijk namelijk een enorme hoeveelheid patiënten met huidinfecties of respiratoire klachten.

Bart van Pinxteren, huisarts
Hans C.
Rümke

Met waardering lazen wij het artikel over twee patiënten met Corynebacterium diphtheriae infecties. Goed dat bij deze patiënten de diagnose werd gesteld, en dat de auteurs het ziektebeeld hiermee onder de aandacht brengen. Ook wij beschreven eerder dat difterie een zeldzame en vergeten ziekte is.(1) ‘Vergeten’ ziekten zijn kwetsbaar om twee redenen: 1) mensen zien niet meer waarom zij zichzelf of hun kind hiertegen zouden vaccineren; 2) het is lastig de ziekte tijdig te herkennen en diagnosticeren. Difterie is de enige infectieziekte uit groep B van de Wet publieke gezondheid (Wpg) waarbij ook bij alleen een vermoeden een meldingsplicht geldt. Bij verpleging en rondom afname van wond- en keeluitstrijken zijn preventieve maatregelen nodig. Het diagnostisch laboratorium heeft extra informatie nodig voor het inzetten van de juiste diagnostiek. Naast klinische alertheid van de behandelaar heeft een meedenkend arts-microbioloog of infectioloog hier toegevoegde waarde. Wij hebben over het artikel een tweetal opmerkingen.

1. Het belang van vroegtijdige herkenning is groot. Het klinisch beeld wordt in het stuk beknopt beschreven. Er moet aan respiratoire difterie worden gedacht bij keelontsteking met grijs, leerachtig beslag dat makkelijk bloedt (pseudomembranen), halsoedeem, en toxine-gemedieerde complicaties (myocarditis, neuritis, acute tubulusnecrose). Daarnaast stelt het artikel dat aan difterie moet worden gedacht bij epidemiologische risicofactoren (ongevaccineerde personen en reizigers en migranten uit en naar endemische gebieden). De difterievaccinatiestatus is bij infecties met toxigene C. diphtheriae een relevant gegeven. Maar het is belangrijk te benadrukken dat niet-toxigene C. diphtheriae infecties onafhankelijk van de vaccinatiestatus voorkomen. Patiënt 2 was volledig gevaccineerd, en had naast zijn cardiale voorgeschiedenis ook vanwege een recente reis een verhoogde kans op het oplopen van de huidinfectie met niet-toxigene C. diphtheriae. Wij willen aanvullen dat – naast de klinische presentatie en reishistorie – ook bepaalde leefomstandigheden tot alertheid moet leiden, zoals het verhoogde risico op transmissie in een setting zoals een asielzoekersopvangcentrum of tijdens een reis of vlucht van migranten.(2)

 

2. De auteurs beschrijven dat difterievaccinatie sinds 1957 in het rijksvaccinatieprogramma is opgenomen. Dat is onjuist. In Nederland werd sinds 1922 al tegen difterie gevaccineerd, met een bereik van ca. 30-40%. Vanaf 1950-1951 kwamen er betere vaccins en werd de difterievaccinatie programmatisch aangepakt, wat in de jaren daarna geleidelijk uitgroeide tot het Rijksvaccinatieprogramma dat we nu kennen.(1)

Drs Lidewij W. Rümke, arts-microbioloog, Isala Ziekenhuis, Zwolle
dr Hans C. Rümke, kinderarts n.p., Bilthoven
Literatuur

1. Rümke LW, Rümke HC. Difterie, een vergeten ziekte? Ned Tijdschr Geneesk. 2019;163:D4036 met supplement.

2. Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding. Labinfact: Difterie bij asielzoekers dd 20 okt 2022 (https://lci.rivm.nl/sites/default/files/bestanden/Difterie/(Lab)Infact-…)