Syndroom van Cushing door kruidenpreparaat

Bloemen, kruiden en pillen op een tafel
Yvonne H.M. Krul-Poel
Toine F.H. Bovee
Eric J.F. Fransen
Ron Berentsen
Martine M.L. Deckers
Prim de Bie
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2024;168:D8053
Abstract
Download PDF

Beste collega’s,

Wij beschrijven een patiënte met het syndroom van Cushing door de inname van corticosteroïden. Een nauwkeurige anamnese is cruciaal om deze oorzaak te kunnen achterhalen. Soms is de bron iets onverwachts, zoals een ‘natuurlijk’ kruidensupplement.

Kernpunten
  • Kruidenpreparaten kunnen gecontamineerd zijn met farmacologisch actieve stoffen.
  • Corticosteroïdhoudende middelen kunnen het exogene syndroom van Cushing veroorzaken.
  • Klinische kenmerken en een biochemisch onderdrukte hypofyse-bijnieras wijzen op het exogene syndroom van Cushing.
  • Expliciet en herhaaldelijk vragen naar gebruik van kruidenpreparaten is essentieel.

artikel

Ziektegeschiedenis

Patiënte, een 54-jarige vrouw, werd verwezen naar de polikliniek Interne Geneeskunde wegens gewichtstoename met klinische kenmerken van het syndroom van Cushing. In de voorgeschiedenis was zij bekend met insulineafhankelijke diabetes mellitus type 2, carpaletunnelsyndroom, hypertensie, myocardinfarct en lichte COPD waarvoor zij alleen parasympathicolytica gebruikte. Hoewel ze semaglutide gebruikte vanwege de diabetes mellitus, was ze in een jaar tijd 8 kg in gewicht aangekomen. Daarnaast bleek de diabetes mellitus slechter gereguleerd met een stijging van de HbA1c-waarde van 49 naar 76 mmol/mol (referentiewaarde: 20-42). De patiënte klaagde over spierpijn over haar gehele lichaam en snel ontstaan van blauwe plekken.

Bij lichamelijk onderzoek zagen wij een obese vrouw met een bolrond gelaat, ‘buffalo hump’ en centrale adipositas zonder abdominale striae. Zij had een bloeddruk van 142/94 mmHg met een hartfrequentie van 92/min. Haar BMI was 33,7 kg/m2. Het lichamelijk onderzoek in combinatie met de klinische klachten versterkten onze verdenking op het syndroom van Cushing.

Wij verrichten een dexamethasonsuppressietest, wat de eerste keuze is bij een klinische verdenking op het syndroom van Cushing. De testuitslag was niet afwijkend met een cortisolwaarde van < 30 nmol/l (referentiewaarde: <50). Gezien onze hoge verdenking op het syndroom van Cushing bepaalden we aanvullend de cortisolconcentratie in een nachtelijk speekselmonster; ook deze tweede screeningstest wees niet op het syndroom van Cushing. Vanwege de aanhoudende klinische verdenking op hypercortisolisme bepaalden we aansluitend de ochtendconcentratie van cortisol en de spiegel van adrenocorticotroop hormoon (ACTH), die beide zeer laag waren. Deze lage concentraties deden ons vermoeden dat er sprake was van exogene onderdrukking van de hypofyse-bijnieras.

De patiënte ontkende het gebruik van corticosteroïdhoudende medicatie, maar beschreef na herhaald expliciet uitvragen dat zij sinds 3 jaar het kruidenpreparaat ‘Binahong’ gebruikte vanwege haar klachten van spierpijn en carpaletunnelsyndroom. Binahong is afkomstig van de bladeren van de plant Anredera cordifolia (figuur 1).

Figuur 1
Het kruidenpreparaat Binahong
Figuur 1 | Het kruidenpreparaat Binahong

Wij vroegen de patiënte om te stoppen met het kruidenpreparaat en het eerst tijdelijk te vervangen door hydrocortison in een lage dosering. Na 24 uur bepaalden we opnieuw de ochtendconcentratie van cortisol en de ACTH-spiegel, die beide weer duidelijk meetbaar waren (figuur 2). Hiermee werd onze verdenking op het exogene syndroom van Cushing bevestigd, veroorzaakt door een met corticosteroïden gecontamineerd Binahong-preparaat. Wij consulteerden achtereenvolgens de apotheker en ‘Wageningen Food Safety Research’ (WFSR) om te onderzoeken of er corticosteroïden in het Binahong-preparaat konden worden aangetoond.

Figuur 2
Diagnostiek bij verdenking op het exogene syndroom van Cushing
Figuur 2 | Diagnostiek bij verdenking op het exogene syndroom van Cushing
De stappen die zijn genomen ter bevestiging van de diagnose ‘exogeen syndroom van Cushing’ bij de patiënte uit de casus.

Het Binahong-preparaat werd in eerste instantie in het laboratorium van de ziekenhuisapotheek geanalyseerd op de mogelijke aanwezigheid van corticosteroïden. Hiertoe werd de Liebermann-Burchard-test uitgevoerd; de lichte verkleuring van het Binahong-preparaat was de eerste aanwijzing voor mogelijke contaminatie met corticosteroïden. Het kruidenpreparaat werd in het laboratorium van WFSR verder getest om te achterhalen om welk type corticosteroïden het ging en om de samenstelling van het preparaat verder te analyseren. Dat wil zeggen dat het preparaat werd gescreend op oestrogene, androgene en corticosteroïde activiteiten, gevolgd door de massaspectrometrische bepaling van corticosteroïden voor het wettelijk bevestigen van de contaminatie. De uitslag was negatief voor oestrogene en androgene activiteit, maar duidelijk positief voor de aanwezigheid van corticosteroïden. Zelfs bij verdunningen tot wel 10.000x was de uitslag van de screening op corticosteroïden sterk positief. Het preparaat werd vervolgens onderzocht middels een gecombineerde vloeistofchromatografie-massaspectrometrie (LC-MS/MS)-analyse, gericht op corticosteroïden, en gecombineerde vloeistofchromatografie-massaspectrometrie-analyse met hoge resolutie (LC-HR/MS), waarmee de samenstelling van het preparaat kon worden vergeleken met gegevens uit databases. In het kruidenpreparaat troffen wij het synthetische corticosteroïd dexamethason met een hoeveelheid van 0,25 mg/g en een kleine hoeveelheid paracetamol (3 mg/g) aan. Deze observatie werd bevestigd in een nieuwe batch van Binahong met een hoeveelheid dexamethason en paracetamol van respectievelijk 1,1 en 2 mg/g.

Met de patiënte bespraken wij bovengenoemde uitslagen. Aanvullend verrichtten wij nog een DEXA-scan, die het beeld van osteopenie liet zien. Wij legden de patiënte herhaaldelijk uit wat de risico’s zijn van het chronisch gebruik van Binahong. Maar omdat ze zich slechter voelde met de hydrocortisontabletten, ook met hogere doseringen tot 40 mg per dag, begon ze opnieuw met het gebruik van Binahong, tegen ons advies in. Klinisch is er daardoor helaas nog geen verandering opgetreden.

Beschouwing

Het syndroom van Cushing is een zeldzame endocriene aandoening waarbij er sprake is van een te hoge concentratie van het bijnierhormoon cortisol. Er kan onderscheid gemaakt worden tussen een endogeen syndroom door overproductie van cortisol en een exogeen syndroom dat wordt veroorzaakt door medicijnen die cortisol of cortisolachtige stoffen bevatten. Het exogene syndroom van Cushing wordt veelal veroorzaakt door huidzalven, injecties of (inhalatie-)medicatie die glucocorticoïden bevatten.1 Bij onze patiënte ontstond een overschot aan corticosteroïden door de inname van een met dexamethason gecontamineerd Binahong-preparaat, waardoor de endogene productie van cortisol sterk afnam. De samenwerking die wij zochten met de ziekenhuisapotheek en WFSR voor de analyse van het kruidenpreparaat had een grote meerwaarde bij het bevestigen van onze werkdiagnose ‘exogeen syndroom van Cushing’. Uitgaande van de aanbevolen dosering zou onze patiënte gedurende 3 jaar circa 1-2 mg dexamethason per dag hebben ingenomen.

Binahong is een veelgebruikt kruidenpreparaat dat onder andere in Indonesië wordt gebruikt vanwege zijn antibacteriële en pijnstillende werking. Volgens het etiket is het kruidenpreparaat 100% natuurlijk.2 De aanbevolen dosering is 2 capsules per dag. In Nederland vallen kruidenpreparaten onder de Warenwet, wat vereist dat kruidenpreparaten veilig zijn en dat de ingrediënten op het etiket staan vermeld.3 Omdat onze patiënte het Binahong-preparaat rechtstreeks via familie uit Indonesië liet overkomen is hier geen zicht op geweest. Saillant detail is dat, vertaald uit het Indonesisch, de ingrediëntenlijst op het etiket melding maakt van “overige ingrediënten tot 100%”. Helaas blijkt het toevoegen van exogene farmacologische stoffen aan dergelijke kruidenpreparaten geen zeldzaamheid.4,5

Klinisch beeld

Een exogeen syndroom van Cushing geeft een verhoogd risico op ontregeling van diabetes mellitus, centrale adipositas, hart- en vaatziekten en osteoporose.1 De behandeling lijkt relatief eenvoudig: de inname van cortisolhoudende medicijnen moet worden gestopt. Bij het plots staken van deze medicijnen bestaat er echter een hoog risico op hypocortisolisme door een tertiaire bijnierschorsinsufficiëntie als gevolg van de langdurige onderdrukking van de hypofyse-bijnieras. Bij onze patiënte kon dit worden voorkomen door Binahong te vervangen door hydrocortison-tabletten en die vervolgens heel rustig en geleidelijk af te bouwen. In de meeste gevallen treedt er dan herstel op van de hypofyse-bijnieras.6

Conclusie

Beste collega’s, deze casus illustreert dat ‘onschuldige’ kruidenpreparaten gecontamineerd kunnen zijn met farmacologisch actieve componenten en gezondheidsschade kunnen aanrichten. Een nauwkeurige en gerichte anamnese, lichamelijk onderzoek en bedachtzaamheid op het gebruik van supplementen en kruidenpreparaten is essentieel. Aanvullende analyse van kruidenpreparaten draagt bij aan het identificeren van farmacologisch actieve componenten om het klinisch beeld te kunnen verklaren.

Literatuur
  1. André Lacroix, Richard A Feelders, Constantine A Stratakis, Lynnette K Nieman. Cushing’s syndrome. Lancet 2015; 386: 913–27. doi: 10.1016/S0140-6736(14)61375-1 Medline
  2. Leliqia N.P.E, Sukandarv E.Y, Fidrianny I. Overview of efficacy, safety and phytochemical study of Anredera cordifolia (Ten.). Pharmacol. Online. 2017;1:124–131.
  3. Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. Overzicht regels voedingssupplementen en kruidenpreparaten.
  4. Nuryunarsih, D. Counterfeit herbal medicine adulterated with chemical drugs in Indonesia: NADFC public warning 2011–2014. Int. J. Herbs, Spices Med. Plants 2016.
  5. Sazlina S, Zaiton A. Cushing's syndrome secondary to adulterated complementary and alternative medicine. Malays Fam Physician 2009; 31;4:94-7. Medline
  6. Prete A, Bancos I. Glucocorticoid induced adrenal insufficiency. BMJ 2021; 12;374:n1380. doi: 10.1136/bmj.n1380 Medline. Erratum in: BMJ 2021; 2;374:n1936. doi: 10.1136/bmj.n1936
Auteursinformatie

OLVG locatie West, afd. Interne Geneeskunde, Amsterdam: dr. Y.H.M. Krul-Poel, internist-endocrinoloog; afd. Ziekenhuisapotheek: dr. E.J.F. Fransen, ziekenhuisapotheker; afd. Klinische Chemie: dr. M.M.L. Deckers, klinisch chemicus; dr. P. de Bie, klinisch chemicus. Wageningen Food Safety Research, afd. Bioassays & Biosensoren, Wageningen: dr. ir. Toine F.H. Bovee, moleculair bioloog/toxicoloog; afd. Diergeneesmiddelen: R. Berentsen, analytisch chemicus/onderzoeker.

Contact Y.H.M. Krul-Poel (Y.H.M.Krul-Poel@olvg.nl)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: geen.

Auteur Belangenverstrengeling
Yvonne H.M. Krul-Poel ICMJE-formulier
Toine F.H. Bovee ICMJE-formulier
Eric J.F. Fransen ICMJE-formulier
Ron Berentsen ICMJE-formulier
Martine M.L. Deckers ICMJE-formulier
Prim de Bie ICMJE-formulier
Dit artikel is gepubliceerd in het dossier
Farmacotherapie
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Christine
Oldenburg

Geachte auteurs,

Het belang van het uitvragen van het gebruik van kruiden en andere exotische mengsels blijft van groot belang in de diagnostiek bij onbegrepen (endocriene) aandoeningen. Uw case report laat dat weer eens goed zien. Wij hebben een zelfde soort ervaring gehad met een patiënte die zich presenteerde met het syndroom van Cushing wat naar enig zoeken bleek te berusten op het gebruik van Sinatren (‘sneltrein’ uit het Indonesisch vertaald, op het sachet stond een sneltrein getekend) waarin hoge doseringen dexamethason met paracetamol was verwerkt. Patiënte gebruikte dit al jarenlang o.a. tegen eczeem en deelde het graag in NL uit aan familie en vrienden, omdat het ‘zo goed werkte tegen van alles’. Zij had helaas reeds ernstig osteoporose met ingezakte wervels ontwikkeld en werd na het staken van de Sinatren  zakjes op hydrocortison gezet ivm bijnierschorsinsufficientie. 
Dank voor dit interessante case report, 

Hgr, Christine Oldenburg

P.C.Oldenburg-Ligtenberg
M.M.L. van der Westerlaken

Beste auteurs,

Uw artikel vestigt de aandacht op een belangrijk probleem bij kruidenprodukten. Dit kwam ook al in eerdere publicatie in dit tijdschrift naar voren. (1) Het CBG is sinds 2019 ook actief op dit terrein en heeft in maart 2024 nog een onderzoek op haar website gepubliceerd over het gebruik van kruidenproducten in Nederland. Toen bleek dat bijna 30% van de Nederlanders in het afgelopen jaar kruidenproducten had gebruikt. 72% van deze gebruikers meldde dat niet aan de huisarts. Waarschijnlijk omdat 86% de risico’s als zeer of tamelijk klein inschatte. (2) Daarom denk ik dat vragen naar kruidengebruik een vaste plek in iedere anamnese dient te hebben.

 

Dit artikel vraagt ook om enige context. Bij deze patiënt gaat het niet zo zeer om de plant Anredera cordifolia, maar juist om de vervuiling met corticosteroïden. Een titel als “ de ziekte van Cushing door een vervuild kruidenmiddel” zou de lading van dit artikel beter dekken. Het gaat hier immers om een kwaliteitsprobleem met dit product. Dat komt regelmatig voor bij plantaardige voedingssupplementen, die verkrijgbaar via internet of in de winkel (3). Gelukkig zijn er ook kruidengeneesmiddelen, die gecontroleerd worden op kwaliteit en dan pas een registratie bij het CBG krijgen. Bij kruidengeneesmiddelen zal dit probleem dus niet voorkomen.  Voor meer informatie; kijk op de website van het CBG en gebruik de zoekterm Kruiden of ga naar de website van de EMA  en zoek op Committee on Herbal Medicinal Products (HMPC). 


 

G. Hoogsteen, fytotherapeutisch arts
Literatuur

1 Kanen BLJ, Perenboom RM. Chronische loodintoxicatie door ayurvedische kruiden. Ned. Tijdschr.Geneeskd. 2005; 149:2893-2896

2 https://www.cbg-med.nl/actueel/nieuws/2024/03/11/weinig-kennis-over-invloed-van-kruidenmiddelen-op-medicijnen

3 Gaspar DP, Lechtenberg M, Hensel A. A quality assessment of Bilberry Fruits and Bilberry-containing dietary Supplements. J. Agric.Food Chem (2021) 69, 2213-2225.