Coronaire angiografie en percutane coronaire interventie, ofwel dotterprocedure, behoren tot de meest toegepaste en veilige invasieve procedures. In Nederland worden jaarlijks zo’n 38.000 patiënten gedotterd; bij ruim 90% van deze patiënten wordt vervolgens een stent geïmplanteerd. Twee derde van deze patiënten wordt in een acute setting gedotterd vanwege een acuut coronair syndroom. De morbiditeit en mortaliteit van deze groep patiënten wordt daardoor significant verbeterd. De overige patiënten ondergaan de dotterprocedure electief, vanwege stabiel coronairlijden.
In augustus dit jaar werden 2 artikelen gepubliceerd in JAMA Internal Medicine die de zin en onzin van coronaire angiografie en dotteren van patiënten zonder aanwijzingen voor een acuut coronair syndroom kritisch evalueren.1,2
Het 1e artikel was een groot onderzoek onder Amerikaanse ziekenhuizen waar regelmatig hartkatheterisatie plaatsvindt.1 Hierin bleek dat een kwart van de patiënten die een diagnostische hartkatheterisatie ondergaan geen klachten heeft. Deze percentages variëren enorm, met een spreiding van 1-74 per centrum…
Reacties