Samenvatting
De doorstroming van ziekenhuispatiënten naar een verpleeghuis blijft onvoldoende. In het onderzochte ziekenhuis werd 10 van de warme bedden bezet door verpleeghuispatiënten. In de betreffende regio zou bestemming van 3 verpleeghuisbedden voor opvang voldoende zijn om de verkeerde-bedproblematiek in de ziekenhuizen op te lossen. Uit menselijke en financiële overwegingen verdient een dergelijke reservering de voorkeur boven de huidige, tijdelijke, voorziening, die het ziekenhuisbed financieel tot verpleeghuisbed verklaart.
(Geen onderwerp)
Alphen aan den Rijn, mei 1990,
Het zeer nuttige onderzoek naar de verkeerde-bedproblematiek van collegae Blok en Merkelbach geeft mij aanleiding tot een opmerking en een vraag (1990;858-60).
1. Uit het onderzoek zou de conclusie getrokken kunnen worden dat het aantal M15-dagen maar een deel weergeeft van het werkelijk verkeerde-bedprobleem. De suggestie van de auteurs is dat door betere organisatie rondom de indicatiestelling, in het bijzonder bij psychogeriatrische patiënten, het interval tussen aanmelding en acceptatie op de wachtlijst sterk bekort zou kunnen worden. Daarmee zou het aantal M15-dagen alleen nog maar toenemen, waardoor het berekende aantal van 3% extra benodigde verpleeghuisbedden nog onvoldoende zou zijn.
2. Bedoelen de auteurs in hun conclusie met ‘reservering en prioriteitverlening’ dat een vrijkomend verpleeghuisbed bij voorkeur gebruikt moet worden om een M15-patiënt uit het ziekenhuis over te nemen? Dat zou stellig als gunstig effect hebben, dat voor vele patiënten de verblijfsduur in het ziekenhuis bekort zou kunnen worden.
(Geen onderwerp)
Rotterdam, mei 1990,
Inderdaad is er onderregistratie van het aantal M15-dagen. De behoefte aan verpleeghuisbedden is dus navenant groter dan gesteld.
Reservering van 3% van de verpleeghuisbedden voor ziekenhuispatiënten zou de gemiddelde verblijfsduur voor desbetreffende patiënten met 3 weken bekorten.