Samenvatting
Doel
Inzicht verschaffen in de veranderende aard en omvang van het kankervraagstuk in Nederland.
Opzet
Retrospectief.
Methode
Incidentie- en sterftecijfers van verschillende vormen van kanker werden berekend op basis van registratiegegevens betreffende incidentie (Nederlandse Kankerregistratie) van en sterfte (Centraal Bureau voor de Statistiek) aan kanker in Nederland in de periode 1989-2003.
Resultaten
In de periode 1989-2003 zijn meer dan 1 miljoen gevallen van kanker geregistreerd. Het aantal nieuwe patiënten steeg met 30, van 56.335 in 1989 naar 73.188 in 2003. De meest voorkomende tumorsoorten in 2003 waren borst-, darm-, long- en prostaatkanker. Het voor leeftijdsopbouw en geslacht gecorrigeerde incidentiecijfer steeg van 381 per 100.000 in 1989 naar 400 in 2003 (+5). Er was een toename van het incidentiecijfer van borst-, prostaat-, huid- en slokdarmkanker, alsmede longkanker bij vrouwen. Een belangrijke afname werd gezien van longkanker bij mannen, maagkanker, eierstokkanker en galblaaskanker. Het aantal overledenen aan kanker steeg van 35.420 in 1989 naar 38.454 in 2003 (+8). Het voor leeftijdsopbouw en geslacht gecorrigeerde sterftecijfer daalde van 234 per 100.000 in 1989 naar 201 in 2003 (–14).
Conclusie
Ondanks een lichte toename van de kankerincidentie en een toename van de sterfte aan longkanker (bij vrouwen), slokdarmkanker en melanomen, is het sterftecijfer van kanker aanzienlijk gedaald. De veranderingen in incidentie en sterfte zouden te verklaren zijn door veranderingen in leefgewoonten in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, zoals het gebruik van tabak en alcohol. Tevens resulteerden interventies als vroege detectie en screening in een stijging in incidentie van tumoren met een betere prognose, hetgeen een daling in de sterfte kan veroorzaken. Daarnaast zouden verbeteringen in de behandeling van kanker hebben bijgedragen aan een daling van de sterfte.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2006;150:2490-6
Reacties