Stollingsafwijkingen bij patiënten met kanker: mogelijk aangrijpingspunt voor therapie

Klinische praktijk
J.B.M. Bom
H.M.W. Verheul
K. Hoekman
H.M. Pinedo
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2000;144:258-63
Abstract

Samenvatting

- Bij patiënten met kanker komen vaak stollingsstoornissen voor. Trombose of een embolie kan het eerste symptoom zijn van een onderliggende maligniteit.

- Daarnaast kunnen bij patiënten met kanker subklinische stollingsstoornissen voorkomen in het bloed, bijvoorbeeld verhoogde concentraties van weefselfactor en het trombine-antitrombinecomplex.

- Ook komt trombocytose voor bij ongeveer 20 van de patiënten en voor long- en colontumoren blijkt dit een onafhankelijke negatieve prognostische factor voor de overleving te zijn.

- De rol van stollingsactivatie in tumorgroei is niet helemaal duidelijk, maar er zijn aanwijzingen dat de vorming van een tijdelijke fibrinematrix de vorming van nieuwe vaten (angiogenese) stimuleert en zo bijdraagt aan tumorgroei en metastasering.

- Preklinisch onderzoek heeft aangetoond dat tumorgroei en metastasering kunnen worden geremd door anticoagulantia.

- In klinisch onderzoek lijkt behandeling met anticoagulantia de overleving van patiënten met kanker te verlengen, maar gerandomiseerd fase-III-onderzoek met langdurige toediening van anticoagulantia zal dit moeten uitwijzen.

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis Vrije Universiteit, afd. Geneeskundige Oncologie, Postbus 7057, 1007 MB Amsterdam.

J.B.M.Bom, co-assistent; H.M.W.Verheul, arts-onderzoeker; dr.K.Hoekman en prof.dr.H.M.Pinedo, internist-oncologen.

Contact prof.dr.H.M.Pinedo

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties