Samenvatting
Hoewel de oorzaken van chronische leverontsteking divers zijn, is de vorming van leverfibrose het universele gevolg.
Cirrose is het algemene eindstadium van chronische leverziekten. Patiënten met cirrose hebben een verhoogd risico op leverdecompensatie en het hepatocellulair carcinoom.
Leverfibrose is lange tijd als irreversibel bestempeld. Er zijn echter voldoende aanwijzingen dat de lever wel degelijk in staat is om de mate van fibrose te reduceren.
Bij verschillende leverziekten is aangetoond dat adequate behandeling van de onderliggende oorzaak kan resulteren in de regressie van leverfibrose. Momenteel is dat het speerpunt van de behandeling van leverfibrose.
Ook bij cirrosepatiënten kan eradicatie of onderdrukking van de onderliggende schadelijke factor leiden tot regressie van fibrose, maar het is nog onduidelijk of alle histologische veranderingen van cirrose reversibel zijn.
Cirrosepatiënten bij wie de onderliggende oorzaak effectief wordt behandeld, hebben een kleinere kans op leverdecompensatie en het hepatocellulair carcinoom en een verbeterde overleving.
Reacties