Schildklierfunctiestoornissen na de partus blijken volgens recente literatuur vaker voor te komen dan aanvankelijk werd gedacht.1 Roberton maakte in 1948 gewag van hypothyreoïdie na de partus bij endemisch struma2 en in de jaren zeventig werd geconstateerd dat auto-immuunziekten van de schildklier (ziekte van Graves en Hashimoto-thyreoiditis) tijdens de graviditeit in ernst afnemen en na de partus kunnen exacerberen. In 1975 werd echter een ongewone vorm van hyperthyreoïdie beschreven, de pijnloze lymfocytaire thyreoiditis3 en het waren Amino et al. die de samenhang beschreven tussen deze pijnloze lymfocytaire thyreoiditis en schildklierfunctiestoornissen na de partus.45 Verschillende onderzoekers bevestigden dit verband en postuleerden dat het bij deze zogenoemde postpartale thyreoiditis om een auto-immuunproces gaat.6-8 Tevens werd aangetoond dat genetische factoren bij het ontstaan van de ziekte een rol spelen.
Het vÓÓrkomen van postpartale thyreoiditis
Een overzicht van prospectieve onderzoeken van de prevalentie van postpartale thyreoiditis levert uiteenlopende gegevens…
Reacties