Samenvatting
Doel
Vaststellen van perforatie-ratio en diagnostische accuratesse bij appendicitis acuta.
Opzet
Retrospectief onderzoek.
Plaats
Diakonessenhuis Utrecht.
Methode
Van 235 acute appendectomieën verricht tussen 1989 en 1991 werden bestudeerd: symptoomduur (vóór opname), dokters- en patiënten-‘delay’, uitslag van pathologisch-anatomisch onderzoek, vóórkomen van septische complicaties en objectieve gegevens als lichaamstemperatuur, leukocytengetal en bezinkingssnelheid.
Resultaten
De gemiddelde symptoomduur bedroeg 1,68 dagen; bij 12,3 van de patiënten was sprake van dokters-delay. De diagnostische accuratesse bedroeg 80, de perforatie-ratio 18,3. De laatste was het grootst bij jonge kinderen en bij ouderen boven de 50 jaar; perforatie leidde in 25 van de gevallen tot septische complicaties. Ook waren er meer perforaties bij een symptoomduur langer dan 48 h. Bij vrouwen was het aantal appendectomieën dat werd uitgevoerd zonder dat sprake was van appendicitis acuta ongeveer 5 keer zo groot als bij mannen. De diagnostische waarde van de objectieve gegevens (lichaamstemperatuur, BSE, leukocytengetal) was beperkt. In de literatuur uit de afgelopen 15 jaar was de gemiddelde perforatie-ratio 17 en de gemiddelde diagnostische accuratesse 79.
Conclusie
Bij kinderen en ouderen is een ruimere indicatiestelling voor appendectomie gerechtvaardigd. Bij vrouwen in de geslachtsrijpe leeftijd kan aanvullende diagnostiek zoals laparoscopie het aantal ten onrechte uitgevoerde appendectomieën verminderen. Het verdient aanbeveling niet te lang te observeren.
Reacties