artikel
De buik is het middelpunt van ons lichaam. Het is veel meer dan een spijsverteringsstelsel. Veel beslissingen en keuzes maken we met onze buik en niet met ons hoofd of ons hart. Onze buik verwerkt onze ervaringen en emoties: angst, stress, verlangen, verliefdheid… Soms valt dat zwaar als een steen, soms voelt dat licht als vlinders. De buik als barometer van ons welbevinden. Het lijkt me dan ook niet verwonderlijk dat in een onderzoek 1 op de 10 respondenten aangaf in de afgelopen 2 weken last van te hebben gehad van buikpijn. Zeker in de huisartsenpraktijk is buikpijn vaak functioneel, vooral bij kinderen. Toch zullen we iedere keer weer zorgvuldig moeten nagaan of er niet een somatische oorzaak voor de klachten is, ook wanneer die al lang bestaan.
Het leerartikel over buikpijn (D3052) biedt daarbij goede handreikingen. Het belicht het onderscheid tussen acuut en chronisch, tussen somatisch en functioneel. Wat opvalt is dat bij acute buikpijn de afzonderlijke bevindingen bij anamnese en lichamelijk onderzoek eigenlijk maar beperkt bijdragen aan de diagnose van verschillende aandoeningen. En dat bij chronische buikklachten het ontbreken van alarmsymptomen een urgente diagnose zeker niet uitsluit. Dat brengt ons gemakkelijk op een diagnostisch dwaalspoor.
Zo’n diagnostisch dwaalspoor ligt ook op de loer bij een thalamusinfarct (D3193). Door de bijzondere uitvalsverschijnselen denken we niet snel aan een herseninfarct. Timon van den Berg en collega’s beschrijven een patiënt met een thalamusinfarct bij wie een delier aanvankelijk toch veel waarschijnlijker leek. En in ditzelfde nummer laten Rosali Otten en collega’s zien dat het soms bijzonder lastig kan zijn om de oorzaak van delier te achterhalen (D3544).
Tijdig de juiste diagnose stellen: het blijft voor ons allemaal een grote uitdaging. Ondanks zorgvuldige anamnese en goed onderzoek komen we er soms toch niet uit en bekruipt ons een ongemakkelijk niet-pluis gevoel. De Britten hebben daar een passende term voor: gut feeling.
Reacties