Samenvatting
Een liesbreukcorrectie is een van de meest verrichte operaties bij kinderen. Deze operatie wordt steeds vaker laparoscopisch uitgevoerd, zowel in academische als niet-academische ziekenhuizen. De laparoscopische percutane hechting van de annulus internus, ook wel de ‘percutaneous inguinal ring suturing’(PIRS)-techniek genoemd, is een operatietechniek waarbij slechts één toegangspoort (‘trocar’) wordt gebruikt en één subcutane hechting wordt geplaatst. Vergeleken met de open liesbreukcorrectie gaat de PIRS-techniek mogelijk gepaard met minder complicaties en een kortere operatieduur. Het grootste voordeel is dat de contralaterale zijde direct geïnspecteerd kan worden; wanneer de processus vaginalis aan die zijde open is, kan die gelijk gesloten worden. Zo kan worden voorkomen dat op een later moment een contralaterale hernia ontstaat – de meest voorkomende reden voor heroperatie na open liesbreukcorrectie. Dit leidt tot minder operaties, een kortere narcoseduur en minder ziekenhuisopnames en bezoeken aan de huisarts of Spoedeisende Hulp.
figuur
Het lijkt mij een fout dat met deze techniek uit de figuur blijkt dat de testiculaire vaten en het vas worden meegenomen in de lus die gemaakt wordt rondom de annulus internus, met andere woordendat deze zouden worden afgebonden. Logischer zou zijn dat het peritoneum boven het vas en de vaten wordt meegenomen en dat de zaadstreng uit de lus ethibond gevrijwaard blijft.
reactie auteurs
Beste collega De Mey,
U heeft inderdaad gelijk dat het beter is om het vas en vaten niet mee te nemen in de lus Ethibond. Dat is ook de manier waarop wij de operatie uitvoeren: we steken de naald doorheen het peritoneum net voor vas en vaten. Initieel werd het meenemen van het vas en vaten wel beschreven, maar dat passen wij niet toe om het risico op letsel van vas en vaten zo klein mogelijk te houden. Daarmee zien wij en collega’s die deze techniek ook toepassen geen verhoogde recidiefkans.
Mede namens Joep Derikx, kinderchirurg
Sanne Maat