Micro-angiopathische hemolytische anemie en gemetastaseerd carcinoom

Klinische praktijk
B. Speelberg
J. Verweij
G. Stoter
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1986;130:2186-8
Abstract

Samenvatting

Twee patiënten worden besproken met een micro-angiopathische hemolytische anemie ten gevolge van een gemetastaseerd carcinoom. Het ziektebeeld wordt gekenmerkt door hemolyse en fragmentocyten in de bloeduitstrijk. Leuko-erytroblastose, trombocytopenie en diffuse intravasale stolling kunnen aanwezig zijn. Vroegtijdige onderkenning en behandeling zijn van belang.

Auteursinformatie

Rotterdamsch Radio-Therapeutisch Instituut, Dr. Daniël den Hoed Kliniek, Groene Hilledijk 301, 3075 EA Rotterdam.

Afd. Medische Oncologie: B.Speelberg, dr.J.Verweij en G.Stoter, internisten.

Contact dr.J.Verweij

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

P.C.
van der Velden

Dirksland, december 1986,

In het artikel van collega Speelberg et al. (1986;2186-8) wordt een overzicht gegeven van het voorkomen van micro-angiopathische hemolytische anemie bij patiënten met gemetastaseerde (meest slijmvormende) adenocarcinomen. De schrijvers stellen dat deze vorm van anemie alleen ontstaat als bij een kwaadaardige aandoening metastasen ontstaan. Toch zijn in de literatuur verschillende patiënten met een kwaadaardige aandoening beschreven, bij wie een micro-angiopathische hemolytische anemie ontstond ondanks het feit dat later bij nauwkeurige obductie geen aanwijzingen voor recidieftumorgroei of metastasering werden gevonden.12 Kressel et al. stellen dan ook nadrukkelijk dat het ontstaan van een micro-angiopathische hemolytische anemie bij een patiënt met een kwaadaardige aandoening pas aan een vergevorderd stadium van de ziekte mag worden toegeschreven, indien dit laatste histologisch bewezen is.2

De beschreven patiënten zijn des te belangwekkender, omdat er aanwijzingen zijn dat het beeld ten minste bij een aantal van hen het gevolg was van de toediening van cytostatica (5-fluorouracil and mitomycine C), bij sommige patiënten als adjuvante behandeling gegeven.13 De therapie bestaat dan niet uit het geven van chemotherapie, maar juist uit het staken ervan.

P.C. van der Velden
Literatuur
  1. Jones BG, Fielding JW, Newman CE, Howell A, Brookes VS. Intravascular haemolysis and renal impairment after blood transfusion in two patients on long-term 5-fluorouracil and mitomycin C. Lancet 1980; i: 1275-7.

  2. Kressel BR, Ryan KP, Duong AT, Berenberg J, Schein PS. Microangiopathic hemolytic anemia, trombocytopenia and renal failure in patients treated for adenocarcinoma. Cancer 1981; 48: 1738-45.

  3. Gulati SCG, Sordillo P, Kempin S, et al. Microangiopathic anemia observed after treatment of epidermoid carcinoma with mitomycin C and 5-fluorouracil. Cancer 1980; 45: 2252-7.

Rotterdam, december 1986,

Wij danken collega Van der Velden voor zijn waardevolle aanvulling op ons artikel, waarin wij hebben aangegeven dat een gemetastaseerd carcinoom aanleiding kan zijn tot het ontstaan van een micro-angiopathische hemolytische anemie (MAHA). De hypothetische pathogenese is in het artikel beschreven. De patiënten die zijn beschreven in de door collega Van der Velden aangehaalde artikelen waren allen behandeld met het cytostaticum mitomycine C dat een hemolytische anemie kan veroorzaken.1 Naast het feit dat deze bijwerking waarschijnlijk dosisafhankelijk is, is wellicht ook het pathogenetische mechanisme heel anders dan bij de MAHA veroorzaakt door carcinoom.2 Een hypothese ten aanzien van de door mitomycine veroorzaakte MAHA is, dat in geval van tumorvermindering een overmaat aan tumorantigeen-release wordt veroorzaakt. Vervolgens ontstaat dan een vorming van immuuncomplexen die accumuleren in de bloedvaten en plaatselijke beschadiging veroorzaken, met name in de nier, waarna een hemolytisch uremisch syndroom met de daarbij behorende micro-angiopathische hemolytische anemie ontstaat.3 In deze hypothese zou ook een verklaring te vinden zijn voor het feit dat betreffende patiënten vrijwel allen in complete remissie waren van hun tumor. Het is goed om te beseffen dat een MAHA kan worden veroorzaakt door een carcinoom, maar dat ook de behandeling van een carcinoom oorzaak kan zijn van het ontstaan van een dergelijk beeld.

B. Speelberg
J. Verweij
G. Stoter
Literatuur
  1. Verweij J, Boven E, Meulen J van der, Pinedo HM. Recovery from mitomycin C-induced hemolytic uremic syndrome. A case report. Cancer 1984; 54: 2878-81.

  2. Verweij J. Studies on the toxicology of mitomycin C. Amsterdam, 1986. Proefschrift.

  3. Zimmerman SE, Smith FP, Phillips TM, Coffey RJ, Schein PS. Gastric carcinoma and thrombotic thrombocytopenic purpura: association with plasma immune complex concentrations. Br Med J 1982; 284: 1432-4.