Artikel voor onderwijs en opleiding

Lagerugpijn

lagerugpijn
Arianne F.E. Verburg
Ton Kuijpers
Paul C.P.H. Willems
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2019;163:D3933
Abstract

Dit leerartikel is herzien. De herziene versie (D7038) is gecontroleerd op actualiteit en juistheid. Bij de herziene versie is een nieuwe nascholingstoets beschikbaar.

Op de hoogte blijven van nieuwe leerartikelen, compleet met geaccrediteerde toetsvragen en luisterversie?
⚡Schrijf je gratis in op een e-mail alert door het dossier Leerartikelen te volgen.⚡

 

Toets voor nascholing (verlopen)

Aan dit leerartikel was een toets gekoppeld waarmee je nascholingspunten kon verdienen.

Samenvatting

Leerartikel Lagerugpijn NTvG videosamenvatting
Auteursinformatie

Nederlands Huisartsen Genootschap, afd. Richtlijnontwikkeling en Wetenschap, Utrecht: drs. A.F.E. Verburg-Oorthuizen, huisarts; dr. T. Kuijpers, epidemioloog. Maastricht UMC+, afd. Orthopedie, Maastricht: dr. P.C.P.H. Willems, orthopedisch chirurg.

Contact A. Verburg (a.verburg@nhg.org)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: geen gemeld.

Auteur Belangenverstrengeling
Arianne F.E. Verburg ICMJE-formulier
Ton Kuijpers ICMJE-formulier
Paul C.P.H. Willems ICMJE-formulier
Paul Willems
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Slechts 5 % specifieke oorzaken?! Het lijkt mij nuttig de acute lumbago, het ziektebeeld dat in de volksmond "spit" wordt genoemd, een aparte status te geven. Het is redelijk specifiek. De patient(e) ontwikkelt een acute rugpijn na een meestal triviale beweging , staat onmiddellijk  in  een afwijkende stand van de lage rug en deze is gefixeerd. De ervaren patient (het recidiveert vaak) gaat naar bed met analgetica en wacht even af, na enkele dagen gaat het beter, er kan worden gemobiliseerd en na een tot twee weken is het over. De prognose is goed, fysiotherapie is niet geindiceerd vanwege het gunstige beloop en zelfs gecontraindiceerd want de pathologie ligt waarschijnlijk op discus nivo. Een argument daarvoor is o.m  dat een acuut radiculair syndroom veroorzaakt door een discus hernia ook vaak zo begint. Er moet worden gedifferentieerd van een pathologische fractuur/inzakking , maar dat zal een andere leeftijd, achtergrond en beloop zijn.

Wiebe Huisman, neuroloog, Van Weel Bethesda ziekenhuis

Arianne Verburg, Ton Kuijpers
en Paul Willems

Als antwoord op door uw.huisman@planet.nl

We danken collega Huisman voor zijn reactie bij ons artikel, waarin hij beargumenteerd waarom acute lumbago redelijk specifiek is.

Aspecifiek wil zeggen dat er geen anatomisch substraat identificeerbaar is op beeldvorming dat met zekerheid de klachten verklaart. Vaak zie je bij acute lumbago op beeldvorming niets afwijkend of hooguit enige degeneratieve afwijkingen in een discus waarvan het helemaal niet zeker is dat daar dan de pijn vandaan komt. Er is geen specifieke behandeling behoudens wat pijnstilling en in beweging blijven. Dus acute lumbago kan zeer heftig en invaliderend zijn, maar is geen specifieke rugaandoening.

Verburg e.a. geven aan dat het laten maken van röntgenfoto’s of een MRI van de LWK “… kunnen leiden tot een onjuiste ziektebeleving en onnodige behandelingen”. Misschien is hun stelling wel juist, maar de onderbouwing is dat zeker niet.

Zij verwijzen naar de artikelen van Ash e.a. en Chou e.a. Chou e.a. bespreken in een review 6 RCT’s (n=1804), waarin beeldvormende diagnostiek wordt vergeleken met het nalaten daarvan. In die review wordt ook het artikel van Ash e.a. besproken. Chou e.a. stellen vast dat er op korte termijn (<3 maanden) en op langere termijn (6-12 maanden) geen statistisch significant verschil is in de scores voor “quality of life” en “mental health”. De studie van Ash e.a. toont bovendien aan dat de medische consumptie na beeldvormende diagnostiek niet groter is dan in de controlegroep.

Jan Mens, arts-onderzoeker/MSK-arts, Erasmus MC, afdeling revalidatie