Jaarlijkse thoraxfoto bij patiënten na behandeling wegens een larynx- of een mondholtecarcinoom: slechts beperkt rendement ten aanzien van tweede primaire tumoren in de long

Doel

Evalueren van het rendement van screening op tweede primaire tumoren in de long door middel van een jaarlijkse thoraxfoto bij patiënten na behandeling wegens een larynx- of een mondholtecarcinoom.

Opzet

Retrospectief follow-uponderzoek.

Methode

In een populatie van patiënten van het Academisch Ziekenhuis Utrecht met een indextumor in de larynx of de mondholte werd retrospectief het optreden in de long van niet-simultane tweede primaire tumoren geanalyseerd. In die groep van patiënten werden de wijze van diagnosticeren van de longtumor (door middel van de jaarlijkse thoraxfoto of naar aanleiding van klachten) en de therapie via de statussen achterhaald. Vervolgens werden overlevingsanalysen uitgevoerd per wijze van diagnosestelling en per therapievorm.

Resultaten

In de bronpopulatie van 2067 patiënten kregen 44 een niet-simultane tweede primaire tumor in de long (37 patiënten met een larynxcarcinoom en 7 met een mondholtecarcinoom). Bij 21 patiënten werd de longtumor gediagnosticeerd door middel van de jaarlijkse thoraxfoto (‘routinegroep’) en bij de overige 23 patiënten naar aanleiding van klachten (‘klachtengroep’). Van de 44 patiënten ondergingen 13 een in opzet curatieve resectie van de longtumor. Deze patiënten hadden de beste prognose: 12 (27 van de 44) maakten deel uit van de routinegroep. De overlevingskans van patiënten in de routinegroep was groter dan die van patiënten in de klachtengroep.

Conclusie

Gezien het geringe rendement en het lage percentage curatief te behandelen patiënten bij de screening met behulp van de jaarlijkse thoraxfoto zijn er weinig argumenten voor het continueren van screening in de huidige vorm.