Ongeveer 400.000 mensen in Nederland worden behandeld met vitamine K-antagonisten (VKA’s). Het belangrijkste bezwaar van deze middelen is dat de dosering heel nauw luistert en steeds aanpassing behoeft op geleide van de uitslag van een stollingstest, de INR. De gevolgen van inadequate dosering zijn ernstig: trombose en embolie bij te lage dosering, en bloedingen bij te hoge dosering. De frequente controle van de INR is belastend voor de patiënt en vereist een organisatie die de benodigde intensieve begeleiding verzorgt. In Nederland is daartoe een stelsel van trombosediensten opgezet.
VKA’s worden al een halve eeuw gebruikt voor het behandelen en voorkomen van trombose en embolie. De grootste groep van VKA-gebruikers bestaat uit mensen met boezemfibrilleren, die het middel krijgen ter preventie van beroerte. Een kleinere groep bestaat uit patiënten die behandeld worden voor een diepveneuze trombose of longembolie, of die daarop een verhoogd risico hebben. De werkzaamheid van VKA’s is bewezen…
Reacties