Samenvatting
In Nederland wordt jaarlijks bij ongeveer 1000 patiënten een epitheliaal ovariumcarcinoom vastgesteld.
De prognose van deze ziekte is ongunstig, met een 5-jaarsoverleving van ongeveer 40%.
3 grote gerandomiseerde studies en 4 kwalitatief hoogwaardige meta-analyses toonden aan dat bij het ovariumcarcinoom toevoeging van intraperitoneale chemotherapie aan intraveneuze chemotherapie leidde tot een langere overlevingsduur dan alleen intraveneuze chemotherapie.
De toxiciteit van de intraperitoneale behandeling is echter aanzienlijk, waardoor de discussie over deze therapie opnieuw is opgelaaid.
Terughoudendheid blijft gewenst, maar intraperitoneale chemotherapie met cisplatine en paclitaxel kan – na een optimale debulkingoperatie – leiden tot een waardevolle verlenging van de overlevingsduur bij patiënten in een goede algemene conditie met een ovariumcarcinoom in stadium III volgens de classificatie van de International Federation of Gynecology and Obstetrics (FIGO).
Nader onderzoek ter vermindering van de toxiciteit van intraperitoneale chemotherapie blijft noodzakelijk.
Reacties