Horen, zien, en zwijgen

Opinie
Peter W. de Leeuw
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2015;159:B1215

artikel

Wat maakt iemand eigenlijk tot een goede dokter? Op deze vraag valt geen gemakkelijk antwoord te geven. De moderne onderwijskundigen weten het wel. Als je aan alle zogenaamde competentie-eisen voldoet, komt het wel goed met je. Die competenties omvatten immers alles wat belangrijk is, van basiskennis tot empathisch gedrag. In onze gemechaniseerde en gerobotiseerde maatschappij denken we alles in systemen en algoritmen te kunnen vangen en is inmiddels ook het onderwijs, zeker dat in de geneeskunde, ten prooi gevallen aan het systeemdenken. Aan de hand van het portfolio, een moderne variant op de stempelkaart, wordt beoordeeld of een student al dan niet aan de maat is. De dokter als maatproduct dus. Toch is deze benadering veel te simplistisch. Natuurlijk moet een arts kundig zijn, maar hij of zij moet ook geneeskunst bedrijven. Zeker, een gedegen wetenschappelijke basis is onmisbaar voor een goede beroepsuitoefening, maar in de dagelijkse praktijk, vooral in die van de generalist, is veel meer nodig dan alleen maar boekenwijsheid – of internetkennis, om modern te blijven.

Jan Molenaar verwoordt dat prachtig in zijn commentaar deze week: de dokter moet in de praktijk leren ‘te dokteren’ (A9384). Hij refereert daarbij aan een uitspraak uit 1885 van de hoogleraar oogheelkunde Straub. Molenaar heeft zijn commentaar geschreven naar aanleiding van een rapport over zorg in de laatste levensfase, maar zijn opmerking geldt natuurlijk voor alle levensfasen. De voorzitter van de groep die het rapport heeft opgesteld, heeft kennelijk verzucht dat hij zou willen dat dokters patiëntenluisteraars worden. Maar hoezo: worden? Dokters waren dat vroeger toch ook en zouden zij dat nog steeds niet moeten zijn? Hebben wij deze competentie, om dat akelige woord nog maar eens te gebruiken, niet te veel verloren in ons streven naar totale verwetenschappelijking van het vak en onze behoefte om iedereen normatief te beoordelen?

Luisteren naar een patiënt en vooral horen wat deze zegt, is een essentiële eigenschap van een goede dokter die niet in maat en getal is vast te leggen. Kijken naar een patiënt is ook zo iets. Een simpele opmerking over iets wat je ziet aan een patiënt zonder dat dit direct met de ziektegeschiedenis te maken heeft, kan van enorme betekenis zijn voor het contact tussen arts en patiënt. Ten slotte zal een goede arts ook weten te zwijgen als dat nodig is. Ook dat kan niet normatief beoordeeld worden, maar als we willen voorkomen dat ook deze competentie verloren gaat, moeten we vooral niet aan het beroepsgeheim gaan tornen.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties