HIV-prevalentie bij bezoekers van een polikliniek voor seksueel overdraagbare aandoeningen en bij een groep prostituées en prostituanten

Onderzoek
J.A.R. van den Hoek
J.S.A. Fennema
H.J.A. van Haastrecht
G.J.J. van Doornum
C.J.M. Henquet
R.A. Coutinho
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1992;136:1813-8
Abstract

Samenvatting

Teneinde inzicht te krijgen in de heteroseksuele verspreiding van HIV-infecties in Amsterdam, werd in 1991 onderzoek verricht onder bezoekers van een polikliniek voor seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA), en onder een groep prostituéesprostituanten. Van 2362 SOA-polikliniekbezoekers konden uiteindelijk 2138 (90,5) worden onderzocht op de aanwezigheid van antistoffen tegen HIV. De HIV-seroprevalentie bedroeg 4,2 (902138), onder homoseksuele mannen 22 (70324), onder heteroseksuele mannelijke intraveneuzedruggebruikers 12 (217) en onder heteroseksuele mannen die nooit gespoten hadden 0,5 (5997). De HIV-seroprevalentie bij vrouwelijke intraveneuze-druggebruikers was 41 (1229) en onder vrouwen die nooit gespoten hadden 0,1 (1771). Onder de heteroseksueel actieve deelnemers (actief in de voorafgaande 6 maanden, inclusief de groep biseksuele mannen en intraveneuze-druggebruikers) bedroeg de seroprevalentie 1,5 (281884).

Antistoffen tegen HIV konden worden aangetoond bij 3199 (1,5) prostituées en 1213 (0,5) prostituanten. Deze laatste man had echter in het verleden homoseksuele contacten gehad.

Van de in totaal 9 heteroseksueel geïnfecteerden waren 2 afkomstig uit Nederland, 2 uit Ghana, 2 uit Turkije, 1 uit Nigeria, 1 uit Pakistan en 1 uit de Dominicaanse Republiek en hadden er 6 commerciële contacten.

De heteroseksuele verspreiding van HIV onder de Amsterdamse heteroseksuele bevolking is vooralsnog gering te noemen. Verdere heteroseksuele transmissie van HIV is echter, gezien het vóórkomen van onveilig seksueel gedrag, niet uit te sluiten.

Auteursinformatie

GG en GD, sector Volksgezondheid en Milieu, Postbus 20.244, 1000 HE Amsterdam.

Mw.dr.J.A.R.van den Hoek, J.S.A.Fennema; H.J.A.van Haastrecht, methodoloog; G.J.J.van Doornum en prof.dr.R.A.Coutinho, medisch microbiologen; C.J.M.Henquet, dermatovenereoloog.

Contact mw.dr.J.A.R.van den Hoek

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties