Samenvatting
Het verrichten van computertomografisch (CT-)onderzoek van de thorax bij intensief behandelde (IC-)patiënten vereist vrij veel organisatie en zou zelfs nadelige invloeden kunnen uitoefenen op de toestand van de patiënt. In het Academisch Ziekenhuis van die Vrije Universiteit te Amsterdam vond een retrospectieve analyse plaats van de klinische gegevens van 46 IC-patiënten (28 mannen, 18 vrouwen; gemiddelde leeftijd 53,2 jaar) die in 4,5 jaar tijd (tussen oktober 1985 en maart 1990) dit onderzoek ondergingen. Bij 40 patiënten (87) bleek het onderzoek nuttig en voor 23 patiënten (50) leverde het voordeel op. De voornaamste indicaties zijn: vermoeden van longabces, vermoeden van mediastinitis, exacte lokalisatie van een intrathoracaal gelegen afwijking voor een ingreep, niet te beoordelen longvelden op de thoraxfoto bij ernstige kyfoscoliose, vermoeden van niet vrij beweeglijk (geloketteerd) pleuravocht en vermoeden van een intrathoracaal gelegen focus voor sepsis. Voor zover na te gaan had het vervoer op geen van de patiënten nadelige invloeden. Mits de indicatie in goed overleg tussen radioloog en IC-artsen gesteld wordt, is CT-onderzoek van de thorax bij IC-patiënten waardevol. Het kan veilig geschieden als de patiënt begeleid wordt door een vast transportteam.
Reacties