Het duurzame effect van scherpe glucoseregulatie bij recent ontdekte diabetes mellitus type 2

The initial data of the United Kingdom Prospective Diabetes Study (UKPDS) convincingly demonstrated that careful blood glucose control, in contrast to conventional treatment, reduces the risk of microvascular complications in type 2 diabetes. However, the data on macrovascular complications were ambiguous. Recently, a 10-year follow-up study to the UKPDS showed that even though the HbA_1c values in both treatment groups were equal, the risk of both microvascular and macrovascular complications after 10 years was significantly lower in the patients initially treated intensively, with a relative risk reduction of 15% for myocardial infarction. These data not only emphasize the importance of careful blood glucose control in type 2 diabetes, they also suggest an important role for the timing of intensive therapy, which should be given right from the start.

Iedereen weet: scherpe glucoseregulatie moet bij patiënten met diabetes mellitus type 2. Maar waarom precies? En wanneer moeten we ermee beginnen? Relevante vragen, mede gezien de groeiende incidentie van type 2-diabetes.

De aanzet voor de scherpe glucoseregulatie kwam van de bevindingen van de ‘United Kingdom prospective diabetes study’ (UKPDS), een grote studie bij patiënten met type 2-diabetes naar het effect van scherpe glucoseregulatie op langetermijncomplicaties.1 Deze studie leverde 2 belangrijke resultaten op: ten eerste dat er minder microvasculaire schade was in de intensief behandelde groep en ten tweede een significante verlaging van de kans op hartinfarct bij patiënten die waren behandeld met metformine.1 Maar de vraag of scherpe glucoseregulatie op den duur de kans op macrovasculaire schade zou kunnen verminderen, bleef onbeantwoord.2 Recent brachten de resultaten van de UKPDS na 10 jaar follow-up hier duidelijkheid over.3

In dit commentaar geven wij een samenvatting van de bevindingen…

Artikelinformatie

23 februari 2009

Citeer dit artikel als

Ned Tijdschr Geneeskd. 2009;153:B117

Vakgebied

Interne vakken

Huisartsgeneeskunde

Hart en vaten

Auteursinformatie

Academisch Medisch Centrum/Universiteit van Amsterdam, afd. Inwendige Geneeskunde, Amsterdam.

Dr. I.M.E. Wentholt, arts in opleiding tot internist; dr. J.H. de Vries en dr. F. Holleman, internisten-endocrinologen; prof.dr. J.B.L. Hoekstra, internist.

Contact dr. I.M.E. Wentholt (i.m.wentholt@amc.uva.nl)

Verantwoording

Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld.
Aanvaard op 20 november 2008

Dit artikel is gepubliceerd in het dossier

Diabetes mellitus