Hepatitis B bij kinderen in vier universitaire centra in Nederland

Onderzoek
M. Nuysink
P.H. Rothbarth
Ch.M.A. Bijleveld
R.H.J. Houwen
J.J.M. Tolboom
M. Sinaasappel
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1993;137:2584-8
Abstract

Samenvatting

Doel

Vaststellen wat het vóórkomen en het natuurlijk beloop van hepatitis B bij kinderen in Nederland (1980-1990) is.

Opzet

Retrospectief longitudinaal onderzoek.

Plaats

In 4 universitaire centra voor kindergeneeskunde (het Sophia Kinderziekenhuis te Rotterdam, het Wilhelmina Kinderziekenhuis te Utrecht, het Academisch Ziekenhuis Groningen en het Academisch Ziekenhuis Nijmegen).

Methode

Om na te gaan of een therapeutische trial met interferon alfa mogelijk en zinvol zou zijn, werden de virologische, biochemische en histopathologische kenmerken van hepatitis B-oppervlakteantigeen (HBsAg)-positieve kinderen, jonger dan 16 jaar, in kaart gebracht.

Resultaten

In totaal werden 145 HBsAg-positieve kinderen gediagnostiseerd. Van hen waren 142 evalueerbaar en 74 was van buitenlandse origine. Bij aanmelding waren 42 kinderen anti-hepatitis B-e (HBe)-positief. Tijdens de follow-up maakten 27 kinderen een seroconversie door. Bij 24 patiënten kon vastgesteld worden dat zij een chronische hepatitis hadden (gehad), daarmee in aanmerking komend voor interferon alfatherapie. Bij 4 van de kinderen kwamen ernstige complicaties voor, zoals primair hepatocellulair carcinoom en levercirrose.

De follow-up bleek slecht te zijn: asymptomatische HBeAgpositieve kinderen bleven ten onrechte weg of werden uit controle ontslagen. Daardoor was het geschatte seroconversiepercentage in het 1e jaar na het stellen van de diagnose slechts 12.

Conclusie

Op grond van deze resultaten is het noodzakelijk om te komen tot een protocol voor antivirale behandeling van een geselecteerde groep kinderen met hepatitis om de kans op ernstige pathologische afwijkingen te beperken en de besmettelijke periode te bekorten. Een dergelijk protocol wordt thans in een aantal Nederlandse en buitenlandse centra opgezet.

Auteursinformatie

Wilhelmina Kinderziekenhuis, Utrecht.

Afd. Nefrologie: mw.M.Nuysink, assistent-geneeskundige.

Afd. Gastro-enterologie: dr.R.H.J.Houwen, kindergastro-enteroloog.

Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Dijkzigt, afd. Virologie, Rotterdam.

Dr.P.H.Rothbarth, viroloog.

Academisch Ziekenhuis, afd. Kindergastro-enterologie, Groningen.

Dr.Ch.M.A.Bijleveld, kindergastro-enteroloog.

Academisch Ziekenhuis, St.-Radboudziekenhuis, afd. Kindergastroenterologie, Nijmegen.

Dr.J.J.M.Tolboom, kindergastro-enteroloog.

Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Sophia Kinderziekenhuis, afd. Gastro-enterologie, Postbus 70.029, 3000 LL Rotterdam.

Dr.M.Sinaasappel, kindergastro-enteroloog.

Contact dr.M.Sinaasappel

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties