Samenvatting
Doel
Het onderzoeken van de effectiviteit van geheugenpoliklinieken in vergelijking met huisartsen als het gaat om de behandeling en zorg voor patiënten met dementie en hun mantelzorgers in het 1e jaar na de diagnose.
Opzet
Een gerandomiseerd multicentrisch onderzoek.
Methode
In de periode december 2007-juli 2009 includeerden 9 Nederlandse geheugenpoliklinieken 175 zelfstandig wonende patiënten met een nieuwe diagnose ‘dementie’, samen met hun mantelzorger, in de studie. Hierna werden de deelnemers gerandomiseerd tussen de geheugenpolikliniek of de huisarts voor verdere zorg en begeleiding. Deze zorg en begeleiding bestond uit reguliere zorg. De primaire uitkomstmaten waren de kwaliteit van leven van de patiënt, zoals beoordeeld door de mantelzorger en bepaald met de ‘Quality of life – Alzheimer’s disease’-vragenlijst, en de mantelzorgbelasting bepaald met de ‘Sense of competence’-vragenlijst.
Resultaten
Na 1 jaar follow-up zagen we geen significant verschil in de primaire uitkomstmaten tussen de deelnemers begeleid door de geheugenpolikliniek en de deelnemers begeleid door de huisarts. De kwaliteit van leven in de groep van de geheugenpolikliniek was 0,5 punt hoger (95%-BI: -0,6-1,6), dan die van de huisartsgroep, en de score voor de mantelzorgbelasting was 2,4 punt lager (95%-BI: -5,8-1,0).
Conclusie
Er is geen bewijs gevonden dat de geheugenpolikliniek in het eerste jaar na de diagnose effectiever is dan de huisarts als het gaat om post-diagnostische behandeling en begeleiding van patiënten met dementie.
Trialregistratie: ClinicalTrials.gov identifier NCT00554047.
Reacties