Zie ook het artikel op bl. 2559.
Op diverse interessante punten kan de herziene standaard ‘Incontinentie voor urine’ van het Nederlands Huisartsen Genootschap ook voor andere hulpverleners consequenties hebben (http://nhg.artsennet.nl/uri/?uri=AMGATE_6059_104_TICH_R180479288476750).1 De herziening was ook gewenst vanwege enkele verrassende uitgangspunten van destijds. Zo werd flavoxaat aanbevolen voor de behandeling van ‘urge’-incontinentie, omdat het bijwerkingenprofiel gunstig was en omdat onderbouwing voor de effectiviteit van de alternatieven ontbrak. Men kan zich afvragen of dit een goede reden is om een middel aan te bevelen dat nogal marginaal is onderzocht. In deze herziening is dit rechtgezet.
Urodynamisch onderzoek
Veel nadruk wordt gelegd op het niet hoeven verrichten van urodynamisch onderzoek (UDO) bij mensen die zich bij de huisarts presenteren met urine-incontinentie. Dit is geheel in overeenstemming met al langer vigerende andere richtlijnen (tabel). In deze richtlijnen wordt aanbevolen om UDO alleen te verrichten indien chirurgische therapie overwogen wordt of als…
Reacties