Samenvatting
Doel
Analyse van de ontwikkeling van de mortaliteit en morbiditeit onder ouderen, met de vraag of zich in de laatste 2 decennia een compressie van mortaliteit en morbiditeit in de oudste leeftijdsgroepen heeft voorgedaan.
Methoden
Gegevens over mortaliteit en ziekenhuisopname naar leeftijd (55-84 jaar), geslacht en respectievelijk doodsoorzaak en ontslagdiagnose voor de jaren 1970-1989 werden ontleend aan jaarlijkse publikaties van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Door ondervraagden zelf gerapporteerde gezondheidsproblemen werden ontleend aan de ‘CBS Gezondheidsenquête’ (1981-1989) en het ‘CBS Leefsituatieonderzoek’ (1974-1989). Analysen vonden plaats op basis van leeftijdsspecifieke dan wel voor leeftijd gestandaardiseerde gegevens.
Resultaten
De mortaliteit daalde in de periode 1970-1989 voor mannen en vrouwen in alle leeftijdsklassen. Het grootste aandeel hadden ‘ziekten van de bloedsomlooporganen’, gevolgd door ‘ongevalsletsel en vergiftigingen’. De ziekenhuisopnamecijfers zijn daarentegen in de periode 1972-1987 voor mannen en vrouwen in alle leeftijdsgroepen gestegen. Het grootste aandeel hadden ‘ziekten van de bloedsomlooporganen’, gevolgd door ‘nieuwvormingen’. Er was op het niveau van diagnosehoofdgroepen geen correlatie tussen mortaliteitsdaling en opnamestijging. Uit de enquêtegegevens kwamen geen duidelijke veranderingen in prevalentie van gezondheidsproblemen naar voren.
Conclusies
De mortaliteitsdaling in de leeftijdsgroep 55-84 jaar wijst erop dat in Nederland gedurende de laatste 2 decennia geen (verdere) compressie van mortaliteit in de hoogste leeftijdsgroep heeft plaatsgevonden. Er zijn ook geen aanwijzingen voor een compressie van de morbiditeit. De stijging van de ziekenhuisopnamecijfers moet, mede gezien de bevindingen bij onderzoek van de door ondervraagden zelf gerapporteerde gezondheidsproblemen, waarschijnlijk worden geïnterpreteerd als een effect van veranderingen in opnamebeleid.
Reacties