Samenvatting
Een risicofactor heeft een causaal effect op een ziekte wanneer de ziekte niet ontstaan zou zijn in afwezigheid van de risicofactor. Een analoge redenering geldt voor het effect van een therapie.
Het denken in contrasten is fundamenteel voor causaal redeneren binnen de geneeskunde. Het gekozen contrast bepaalt de inhoud van de causale claim; de belangrijkste assumptie daarbij is dat de prognose tussen groepen vergelijkbaar is.
Causale effecten van risicofactoren zijn niet altijd gelijk aan het causale effect van een interventie: het weghalen van een risicofactor (bijvoorbeeld roken) voor een ziekte, betekent niet dat het risico vervolgens normaliseert.
Een tweede probleem is dat een risicofactor niet altijd makkelijk in een interventie kan worden vertaald. Dit geldt voor factoren die niet veranderd kunnen worden (geslacht) of die zelf meerdere oorzaken kennen (obesitas).
Causaliteit en spreektaal
Een korte aanvulling: in spreektaal en in toenemende mate ook in de media (onder meer in het NOS-radio- en televisiejournaal) worden de woorden 'reden en 'waarom' gebruikt met de respectieve betekenis 'oorzaak' en 'waardoor'. In communicatie met niet alleen studenten, maar ook zorgprofessionals moet ik soms met enige nadruk het wezenlijke verschil uitleggen tussen beide woordgroepen en hun synoniemen als 'beweegreden', 'motief' en vertalingen als 'cause' noemen voordat bij de toehoorder het inzicht indaalt.
Arnoud van den Eerenbeemt, auteur Pinkhof Geneeskundig woordenboek