Cardioversie voor atriumfibrilleren: niet beter dan ventrikelfrequentieverlaging

Opinie
F.W.A. Verheugt
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2003;147:636-8
Abstract

Het hart kent een actie van ongekende regelmaat. Atria en ventrikels contraheren op instigatie van de sinusknoop onmiddellijk na elkaar en deze regelmaat laat zich over het algemeen niet vlug verstoren. Onregelmatigheden in de hartslag worden meestal door de patiënt vrijwel direct opgemerkt. De meeste stoornissen in het ritme van het hart zijn dan ook over het algemeen symptomatisch en beangstigend. Veruit de meeste hartritmestoornissen hebben geen organische basis, zijn onschuldig en verdwijnen vrijwel altijd vanzelf.

De meest voorkomende persisterende hartritmestoornis is atriumfibrilleren. Deze komt voor bij 2-4 van de populatie boven de leeftijd van 60 jaar.1 Door het verlies van de atriale systole neemt het hartminuutvolume met eenvijfde af. Omdat het hart zich bij atriumfibrilleren onttrekt aan de controle van de sinusknoop, is er een chronische tachycardie, die een buitengewoon onregelmatig karakter heeft, omdat de atrioventriculaire knoop de chaotische prikkels vanuit de atria willekeurig doorgeeft. Door het verminderde…

Auteursinformatie

Universitair Medisch Centrum St Radboud, afd. Cardiologie, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen.

Contact Prof.dr.F.W.A.Verheugt, cardioloog (f.verheugt@cardio.umcn.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties