Samenvatting
Doel
Het effect onderzoeken van behandeling van recidiverende Clostridium difficile-geassocieerde diarree (CDAD) met een suspensie van donorfeces.
Opzet
Ongecontroleerd interventioneel onderzoek.
Methode
Patiënten met tenminste twee bewezen recidieven van CDAD werden geïncludeerd in de studie, maar alleen nadat zij eerder adequaat antibiotisch behandeld waren, en tenminste één van de eerdere recidieven met een vancomycineafbouwschema behandeld was. Familieleden of vrijwilligers traden op als donor van de feces. Zij werden allen van tevoren onderzocht op de aanwezigheid van hiv, hepatitis B- en C-virus, en acute cytomegalie- en epstein-barrvirusinfectie. De donorfeces werden onderzocht op de aanwezigheid van C. difficile, Yersinia, Campylobacter, Shigella, Salmonella en parasieten. Voor de infusie met donorfeces werden de patiënten behandeld met vancomycine 500 mg 4 dd gedurende 4 dagen, gevolgd door colonlavage. De suspensie van 150 g donorfeces, opgelost in 300-400 ml NaCl-oplossing, werd via een duodenumsonde in het jejunum of via colonoscopie in het coecum geïnfundeerd.
Resultaten
Er werden 7 CDAD-patiënten geïncludeerd en behandeld, onder wie 2 met de hypervirulente C. difficile-stam PCR-ribotype 027, toxinotype III. Bij 5 patiënten normaliseerde het ontlastingspatroon vrijwel meteen na de behandeling en waren de uitslagen van kweken en toxinetest voor C. difficile bij herhaling negatief. Bij de overige 2 was, na het herhalen van de infusie met feces van een andere donor, de behandeling ook succesvol.
Conclusie
Behandeling met donorfeces lijkt veelbelovend voor patiënten die, ondanks adequate therapie, meerdere recidieven krijgen, en zou in de toekomst van waarde kunnen zijn tijdens (lokale) epidemieën met de PCR-ribotype 027-stam. Een landelijke gerandomiseerde studie (FECAL-trial) is geïnitieerd om de effectiviteit van deze behandeling vast te stellen.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:1927-32
Reacties