'Advanced trauma life support' in Nederland

Klinische praktijk
A.B. van Vugt
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2000;144:2093-7
Abstract

Samenvatting

- Sinds 1995 wordt in Nederland gewerkt aan het invoeren van de ‘advanced trauma life support’(ATLS)-principes bij de opvang van ongevalsslachtoffers.

- De belangrijkste ATLS-uitgangspunten zijn dat de hulpverlener de bedreigendste aandoening het eerst behandelt en geen extra schade veroorzaakt. Na het beoordelen en zo nodig behandelen van de luchtweg, de ademhaling, de circulatie en eventueel schedel-hersenletsel volgt oriënterend onderzoek.

- Theoretische en praktische scholing van artsen in deze vorm van opvang gebeurt tijdens een 2-daagse intensieve cursus, die wordt begeleid vanuit een overkoepelende organisatie in de VS. Deelnemers zijn vooral assistent-geneeskundigen algemene chirurgie, traumatologie en orthopedie, poortartsen die werken op een spoedeisendehulpafdeling en legerartsen.

- Door de gestandaardiseerde denkwijze verbeteren de communicatie en het begrip tussen de verschillende disciplines die bij traumazorg zijn betrokken, ook doordat er vergelijkbare programma's bestaan voor de ambulancezorg en spoedeisendehulpverpleging.

- Andere maatregelen die de kwaliteit van traumazorg bevorderen, zijn regionalisatie van de traumazorg, medische helikopterteams en evaluatie van de effecten van ATLS als werkmethode.

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Dijkzigt, afd. Heelkunde-Ongevalschirurgie, Postbus 2040, 3000 CA Rotterdam.

Prof.dr.A.B.van Vugt, chirurg.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Nijmegen, november 2000,

Van Vugt geeft een overzicht van de doelstellingen en de inhoud van de ‘advanced trauma life support’(ATLS)-cursus (2000:2093-7). Deze cursus heeft inderdaad een aanzienlijke bijdrage geleverd aan de totstandkoming van een ‘gemeenschappelijke taal’ in de verschillende geledingen die zich bezighouden met de opvang en de behandeling van de ongevalspatiënt. Het artikel geeft mij aanleiding tot het volgende commentaar.

- In tegenstelling met wat er in het artikel wordt gesteld, lag het initiatief voor deze cursus niet bij de Nederlandse Vereniging voor Traumatologie, de Nederlandse Vereniging voor Anaesthesiologie et cetera, maar bij de afdeling Heelkunde van het (toenmalige) Academisch Ziekenhuis Nijmegen. Daartoe richtte ik in juni 1992 een schrijven aan The American College of Surgeons Committee on Trauma en de ATLS subcommittee; die stelden dat de organisatie van deze cursus diende uit te gaan van een landelijke (chirurgen)vereniging. Onder mijn voorzitterschap werd toen een werkgroep samengesteld uit vertegenwoordigers van de in het artikel vermelde verenigingen. De 6 eerste cursussen en de 2 eerste instructeurscursussen vonden in Nijmegen plaats in samenwerking met het Bureau PostAcademisch Onderwijs Geneeskunde. Tot zover de geschiedschrijving.

- Een ATLS-cursus richt zich tot de arts in een (eventueel klein) perifeer ziekenhuis, die alleen komt te staan voor de opvang van een ernstig gewonde. Dat is ook de reden voor het terechte advies in het artikel van Van Vugt om ATLS verplicht te stellen in een vroeg stadium van de opleiding tot een chirurgische discipline en anesthesie. ATLS blijft echter een basiscursus en geeft zeker niet het niveau van kennis aan wat verwacht moet worden van een traumatoloog in een opleidingsziekenhuis of in één van de 10 onlangs opgerichte traumacentra.

- Tenslotte sluit ik mij graag aan bij het compliment aan de stichting ATLS Nederland voor wat tot stand is gebracht, met name aan de inspanningen van de collegae Meeuwis en Leenen. Daarbij dient zeker ook vermeld te worden het werk van mw.R.Hermans bij het opzetten en uitwerken van het logistieke traject.

R.J.A. Goris
A.B.
van Vugt

Rotterdam, november 2000,

Ik dank collega Goris voor zijn correctie betreffende het initiatief met betrekking tot incorporatie van de ATLS in de Nederlandse traumazorg. Het is inderdaad juist dat de eerste uitwerking van deze gedachte en dus het initiatief bij Goris lag. Het initiatief een dergelijke cursus naar Nederland te halen, kan echter alleen gestalte krijgen als de portefeuillehouder een erkende vakvereniging is, zoals de Nederlandse Vereniging voor Traumatologie. De opmerking dat de ATLS een basiscursus is en zeker geen invulling kan geven aan de eisen die gesteld moeten worden aan een traumatoloog in een opleidingsziekenhuis dan wel traumacentrum is terecht. De ATLS-filosofie kan echter uitstekend vertaald worden naar een multidisciplinair team, waarbij het grote voordeel is dat alle leden van het team dezelfde taal spreken.

A.B. van Vugt