Samenvatting
Begin juli 2018 werd bekend dat een aantal generieke preparaten met de werkzame stof valsartan mogelijk kankerverwekkend is. Zorgverleners en patiënten werden verrast door dit nieuws. Aanvankelijk werd een terugroepactie op apotheekniveau gestart. Na enkele weken werd de terugroepactie uitgebreid tot op het niveau van de patiënt. De bron van de vervuiling is een fabriek van het Chinese bedrijf Zhejiang Huahai Pharmaceutical, waarin de werkzame stof valsartan wordt geproduceerd. Batches uit die fabriek bleken al sinds 2012 een te hoge concentratie N-nitrosodimethylamine te bevatten. Het EMA schat dat wanneer 5000 patiënten in de periode juli 2012-juli 2018 dagelijks de maximale dosis van 320 mg van vervuilde tabletten valsartan hebben ingenomen, dit zal leiden tot 1 extra geval van kanker. De vervuiling van valsartan roept de vraag op of de betrokken instanties in Nederland adequaat gehandeld hebben. Iets wat duidelijk is geworden bij de vervuiling van valsartan, is het belang van goede en tijdige communicatie.
reactie Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd
Wij zijn het met de auteurs van het artikel eens: het is belangrijk om goed te communiceren richting patiënten, zorgverleners en andere betrokkenen over terugroepacties. Bij de eerste terugroepactie van valsartan in juli hebben wij kort voor publicatie van ons persbericht over de verontreiniging hierover de KNMP ingelicht. Toch bleek dat apothekers zich overvallen voelden. Daar hebben wij van geleerd. Met de KNMP hebben wij afspraken gemaakt waardoor de volgende terugroepacties sneller onder de aandacht kwamen van apothekers. Daarnaast hebben we voorafgaand aan de volgende recalls ook contact opgenomen met andere betrokken organisaties, zodat iedereen goed en tijdig op de hoogte was. De huisartsen, medisch specialisten, (ziekenhuis)apothekers, patiëntenorganisaties, groothandelaren en zorgverzekeraars werden elke keer ingeseind vóór publicatie van ons persbericht. Een persconferentie, waarover in het artikel gesproken wordt, hebben wij over de recalls overigens nooit georganiseerd.
Ronald Jansen, hoofd van de afdeling Farmaceutische Bedrijven van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd