Samenvatting
Doel
Vaststellen of mictie-, darm- en seksproblemen en daaraan gerelateerde ongemakken, die worden gezien na behandeling wegens prostaatkanker, bij ‘normale’ veroudering in de algemene Nederlandse mannelijke bevolking horen.
Opzet
Vragenlijstonderzoek.
Methode
In 2003-2004 kregen gerandomiseerd geselecteerde deelnemers aan een onderzoek naar screening op prostaatkanker eenmalig een vragenlijst toegestuurd over mictie-, darm- en seksproblemen. Gebruikt werd een Nederlandse versie van de ‘Expanded prostate cancer index composite’ (EPIC).
Resultaten
Er vulden 3810 mannen, gemiddeld 67 jaar (uitersten: 58-78), de vragenlijst in (respons: 81%). De prevalentie van mictieproblemen was laag. Het verschil tussen de jongere en de oudere mannen was statistisch significant (p
Conclusie
Mictie- en darmproblemen behoorden niet tot de ‘normale’ veroudering. Erectiestoornissen waren significant meer aanwezig bij oudere dan bij jongere mannen. Mictie- en darmproblemen die worden geconstateerd na behandeling voor prostaatkanker zijn dus waarschijnlijk eerder toe te schrijven aan de behandeling dan aan ‘normale’ veroudering, terwijl een afnemend vermogen tot erecties ook andere oorzaken dan behandeling kan hebben. Gegevens over de prevalentie van plas-, darm- en erectieproblemen naar leeftijd zijn waardevol bij het beoordelen van het urologisch functioneren van oudere mannen.
Mictie- en darmproblemen niet gerelateerd aan veroudering
De auteurs gaan er vanuit dat mictie- en darmproblemen na een behandeling wegens prostaatkanker waarschijnlijk toe te schrijven zijn aan die behandeling, maar deze stelling wordt helaas nergens bewezen of zelfs maar geïllustreerd. Zelfs wordt niet ingegaan op hun stelling dat er mictie- of darmproblemen zijn. Ook wordt voorbijgegaan aan het zeer diverse karakter van een 'behandeling voor prostaatkanker', die kan bestaan uit een operatieve ingreep, radiotherapie, hormoonbehandeling, chemotherapie of combinaties daarvan. Daarnaast is in de cijfers in tabel 1 een duidelijke trend waarneembaar naar een toename van mictieproblemen bij hogere leeftijd. Ik meen ook uit de tabel te lezen dat deze trend statistisch significant is, hoewel de klinische significantie onduidelijk is. Ik stel vast dat de conclusie van de auteurs zoals in de eerste zin van deze reactie vermeld, niet correct is waar het de mictieproblematiek betreft, en zeer aanvechtbaar waar het darmproblemen betreft, mede gezien de variatie in behandelingen.
Ziekenhuis Amstelland, Amstelveen
J.W. Noordzij, uroloog