De wonderbaarlijke opkomst van de 'kwakfondsen'

R.A.
Nieuwenhuis

Den Haag, maart 2000,

Renckens brengt mijn naam in verband met een drietal ‘alternatieve’ fondsen (). Ik wens hierbij nadrukkelijk te verklaren dat ik geen enkele bemoeienis heb gehad met de oprichting dan wel het functioneren van welke van deze drie fondsen ook. Het betreft hier uitsluitend een lichtvaardig vermoeden van de kant van Renckens, waarbij hij de juridisch afdwingbare norm om zaken in feitelijk opzicht te onderzoeken alvorens te publiceren - zeker als het om met namen aangeduide personen gaat - heeft geschonden. Nogmaals: ik heb op geen enkele manier ook maar enige verbintenis met de door Renckens bekritiseerde drie fondsen, en van een door hem gesuggereerd orthomoleculair ‘complot’ weet ik niets af.

R.A. Nieuwenhuis