'De pil' bij de drogist: ongunstig voor veilig gebruik van geneesmiddelen

B.H.Ch.
Stricker

Rijswijk, februari 1994,

Gaarne dank ik collega Den Ottolander voor zijn reactie, waarin hij een aantal zaken noemt waar ik het volledig mee eens ben. Ieder weldenkend mens zal de noodzaak van kostenreductie in de gezondheidszorg erkennen. Dat neemt niet weg dat het mijns inziens de voorkeur heeft om, zelfs indien de patiënte haar orale contraconceptiva zelf betaald, zoveel mogelijk één distributiepunt voor geneesmiddelen te handhaven. Met de introductie van nieuwe geneesmiddelen zal het aantal mogelijke (nu nog onbekende) interacties met orale contraceptiva ook toenemen. Nog onlangs heeft het Bureau Bijwerkingen Geneesmiddelen dankbaar gebruik kunnen maken van de nauwkeurig bijgehouden medicatiedossiers van apotheekhoudenden bij de beoordeling van een serie meldingen van een mogelijke interactie tussen orale contraceptiva en het antimycoticum terbinafine (Lamisil). Beoordeling van nieuwe bijwerkingen vergt niet alleen medische gegevens maar ook inzicht in het geneesmiddelgebruik van een patiënt, informatie die de drogist ons niet zal kunnen verschaffen. Dit geldt evenzeer voor de preventie van bekende interacties m.b.v. medicatiebewaking. Alhoewel bijwerkingen de patiënt inderdaad meestal terugvoeren naar de huisarts, is voorkómen beter dan ongewenste zwangerschap.

De indruk bestaat dat de discussie zich te eenzijdig richt op de economische argumenten onder de vlag van het zelfbeschikkingsrecht van de patiënt. Of de patiënte haar pil zelf betaalt bij de drogist, de apotheker of apotheekhoudende huisarts, zou uit het oogpunt van kosten geen groot verschil behoeven te maken. Mondigheid betekent nog niet altijd dat de patiënt de potentiële risico's onderkent. Mondige en goed geïnformeerde pa tiënten daarentegen zullen het nut van medicatiebewaking inzien.

B.H.Ch. Stricker