Een te voorkomen neurologisch ziektebeeld

L.
Kuenen

De auteurs van deze les (1986; 51-3) zijn zo vriendelijk niet in te gaan op de vraag hoe het mogelijk is geweest dat er zo ernstige afwijkingen zijn ontstaan voordat de diagnose gesteld werd, maar wellicht konden de lezers daar nog wat van leren. Dan staat er ‘Het verdere bloedbeeld en de capentierbezinkingssnelheid waren normaal’. Als er zo'n duidelijk tekort is aan erytrocyten zou ik ook een wat laag aantal leukocyten en trombocyten verwacht hebben. Zou het bloeduitstrijkje geen anisocytose, poikilocytose en megalocytose te zien hebben gegeven en hypersegmentatie van de granulocyten?

Inderdaad mag men verwachten dat bij patiënten met vitamine B12-deficiëntie die een ernstige anemie hebben, het leukocyten- en trombocytenaantal is gedaald. In het bloeduitstrijkje kunnen dan anisocytose, poikilocytose en macro-ovalocyten aanwezig zijn. Onze patiënt had bij opname, behalve het gedaalde erytrocytengehalte, het laag-normale Hb en de verhoogde MCV, een leukocytenaantal van 5,2 x 109l en een trombocytenaantal van 231 x 109l (de volgende dag 185). Dit valt binnen de grenzen van normaal. De BSE was 15 mm. In het bloeduitstrijkje werd slechts één keer een lichte anisocytose gezien. Opvallend is dat na het begin van de vitamine B12-injecties het leukocytenaantal opliep tot 7,0 en het trombocytenaantal tot 317.

Hoewel er dus wel reactie van het aantal leukocyten en trombocyten op de toediening van vitamine B12 is geweest, vallen de uitgangswaarden hiervan nog binnen de normale grenzen. Dit draagt alleen maar bij tot onze waarschuwing dat ernstige neurologische afwijkingen kunnen voorkomen bij een ‘bijna normaal’ bloedbeeld. Door welke oorzaak bij patiënte de hematologische afwijkingen zo op de achtergrond stonden, weten wij niet. Ze bezocht voor ze bij ons kwam een niet-conventionele genezer. Omdat die misschien een foliumzuurhoudend preparaat had voorgeschreven, hebben wij de flesjes en voorschriften van deze dokter nauwgezet geïnspecteerd. Wij hebben echter geen aanwijzingen gevonden voor enige aanwezigheid van foliumzuur.

L. Kuenen
A.E.J. de Jager
P.J. Carpentier
Bijlage