Samenvatting
Twee voorheen gezonde zuigelingen, een jongen en een meisje van respectievelijk 3 en 4 maanden, werden opgenomen in verband met aanhoudende koorts door onbekende oorzaak en verhoogde ontstekingsparameters. De jongen presenteerde zich met braken, pyurie, anemie en trombocytose, het meisje met prikkelbaarheid, erytheem en diarree. Virale en bacteriële kweken bleven negatief en aanvullend beeldvormend onderzoek kon geen infectiefocus onthullen. De koorts was bij beiden minimaal 12 dagen aanwezig voordat de diagnose ‘atypische vorm van de ziekte van Kawasaki’ werd overwogen. Echografie van het hart liet bij beide patiënten dilatatie van de coronairvaten zien en bevestigde deze diagnose. Hierop werden alsnog immuunglobulinen toegediend en werd acetylsalicylzuur gegeven. De koorts verdween binnen 24 h en het verdere klinisch beloop was ongecompliceerd. Deze casussen illustreren dat vaak pas laat aan de ziekte van Kawasaki wordt gedacht, met name wanneer het symptomencomplex voor de klassieke vorm ontbreekt. Bij elk jong kind met langdurig onverklaarde koorts moet men deze aandoening overwegen.
(Geen onderwerp)
Alkmaar, juni 2004,
Ter aanvulling op het artikel van De Ruijter et al. (2004:892-5) geven wij de volgende ziektegeschiedenis weer.
Onlangs werd een jongen op de leeftijd van 3,5 maand gepresenteerd met sinds 5 dagen bestaande koorts tot 39,0°C. Lichamelijk onderzoek toonde een niet-meningeaal geprikkelde, matig zieke zuigeling met een temperatuur van 38,0°C. Bij lichamelijk onderzoek kon geen focus voor de koorts worden gevonden. Er was geen exantheem, conjunctivale roodheid of cervicale lymfadenopathie en er waren geen afwijkingen van de orale mucosa. Laboratoriumonderzoek liet een verhoogde concentratie van C-reactieve proteïne zien (CRP) (213 mg/l; normaal < 5), een verhoogde BSE (65 mm/1e uur) en een verhoogd trombocytengetal (maximaal 947 × 109/l). De hemoglobineconcentratie bedroeg 6,5 mmol/l. Het leukocytengetal (14,6 × 109/l), evenals de verdeling van de leukocyten, was niet afwijkend. Na afname van materiaal voor bacteriologische kweken van urine, bloed en liquor werd sepsistherapie met amoxicilline-clavulaanzuur (160 mg 4 dd) ingesteld. In verband met aanhoudende koorts, een verhoogde concentratie CRP (111 mg/l) en negatieve bacteriologische kweken werd aanvullend onderzoek verricht (röntgenonderzoek van de thorax, echografisch onderzoek van urinewegen, skeletscintigrafie), hetgeen niet afwijkend was. Gezien de duur van de onverklaarde koorts werd gedacht aan een incomplete presentatie van de ziekte van Kawasaki. Bij echografie van het hart werd een coronair microaneurysma (4,0 mm diameter aan de linker coronairarterie) gevonden, hetgeen de diagnose ‘ziekte van Kawasaki’ bevestigde. Hierop werden op de 10e dag eenmalig intraveneus immuunglobulinen (2 g/kg in 1 dosis) toegediend en werd acetylsalicylzuur (80 mg/kg/dag in 4 doses) gegeven. Op de 14e dag van opname werden minimale vervellingen aan de vingertoppen van beide handen zichtbaar.
Bovengenoemde ziektegeschiedenis illustreert nogmaals dat de ziekte van Kawasaki zich bij jonge zuigelingen zeer atypisch kan presenteren met minimale tot vrijwel geen verschijnselen. Bij elke jonge zuigeling met aanhoudende onbegrepen koorts en een verhoogde concentratie CRP dient de diagnose overwogen te worden, ook al ontbreken bij lichamelijk onderzoek vrijwel alle symptomen.