Was zenuwtering een voorloper van anorexia nervosa?

Perspectief
R. van Deth
W. Vandereycken
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1991;135:180-2

Algemeen is men het erover eens dat William Withey Gull (1816-1890) en Ernest-Charles Lasègue (1816-1883) in 1873 min of meer onafhankelijk van elkaar anorexia nervosa voor het eerst beschreven.1 Het is echter allerminst uitgesloten dat anorexia nervosa al lang daarvoor in medische kring bekend was onder andere benamingen. Dit artikel zal op deze mogelijkheid ingaan, en in het bijzonder op het mogelijke verband tussen de veelbesproken anorexia nervosa en de vergeten zenuwtering.

Historische psychopathologie en moderne anorexia nervosa

Of onder historische beschrijvingen van zenuwtering de ‘moderne’ anorexia nervosa schuilgaat, is lastig te bepalen. Vaak bevatten oudere bronnen slechts fragmentarische informatie. Vooral gegevens over het psychosociale functioneren van de patiënt ontbreken veelal. Om die reden zijn bij dit soort ‘historische psychopathologie’ verschillende hedendaagse, mogelijk sterk tijdgebonden, criteria voor anorexia nervosa onbruikbaar. Daarmee zien wij ons geplaatst voor een schier onoplosbaar probleem, tenzij wij de bestaande criteria binnen twee restricties aanpassen…

Auteursinformatie

Drs.R.van Deth, psycholoog, Zwaan 35, 2381 KT Zoeterwoude.

Contact Prof.dr.W.Vandereycken, psychiater, Tienen

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

J.M.
Keppel Hesselink

Bunnik, december 1991,

Van Deth en Vandereycken analyseerden in hoeverre zenuwtering een voorloper was van anorexia nervosa (1991;180-2).

Recentelijk vond ik twee publikaties uit de vorige eeuw, waarin boulimia nervosa mogelijk te herkennen is.

In een dissertatie uit 1847 wordt nerveus braken behandeld: ‘Nerveus braken is een aandoening waarbij maaginhoud uitgebraakt wordt, waarbij vrijwel nooit pijn of een ander nadelig gevolg voor de patiënt optreedt.’1 De patiënten zijn meestal vrouwen met een nerveuze constitutie; de aandoening begint tijdens de puberteit. Het braken gebeurt spontaan en kan gedurende jaren aanwezig blijven, met een chronisch of intermitterend beloop. In hoeverre de patiënt braken zelf opwekt, wordt niet beschreven. Soms kan amenorrhoea optreden. De meest voorkomende complicatie van nerveus braken is de hysterische aanval.

Vreetaanvallen zijn in deze beschrijving afwezig. Er bestaat echter een sterke invloed van cultuur en tijd op uitingsvormen van psychiatrische aandoeningen. In de 19e eeuw, toen honger nog veelvuldig voorkwam, was het vermoedelijk maatschappelijk niet te tolereren om twee zo tegengestelde symptomen te hebben als vreetaanvallen en (door de patiënt zelf geïnduceerd) braken.

Deze stelling kan gesteund worden door de in 1864 gepubliceerde beschrijving van twee patiënten met vreetaanvallen (zonder braken), bij wie de diagnose ‘bulimia’ werd gesteld.2 Beide patiënten kwamen uit lagere milieus, waar de combinatie vreetaanvallen-braken vermoedelijk niet acceptabel was. In de ‘Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders’ (DSM)-IV is als nieuwe categorie ‘Binge eating disorder’ opgenomen. Deze diagnose zou bij de laatste twee patiënten in overweging genomen kunnen worden.3

J.M. Keppel Hesselink
Literatuur
  1. Fleury PCL. Essai sur le vomissement nerveux chronique. Paris: Rignoux, 1847.

  2. Galignani J. Medical news, bulimia. Br Med J 1864; 2: 565.

  3. American Psychiatric Association (APA). DSM-IV options book. Washington: APA, 1991.

W.
Vandereycken

Zoeterwoude, december 1991,

Evenals anorexia nervosa heeft boulimia nervosa tal van mogelijke voorlopers. Zo is braken in combinatie met vreetaanvallen – vooral onder de naam ‘fames canina’ – van oudsher bekend in de medische literatuur.1 In de 19e eeuw kenden medici, naast de term ’boulimia‘, zeker ook dit specifieke klinische beeld. Terecht wijst dr.Keppel Hesselink in dit verband op het nerveus braken. Deze vorm werd in de vorige eeuw veelvuldig beschreven en was nauw verwant aan het hysterisch braken. Niet zelden behoorden uitzonderlijke honger of vreetaanvallen tot de symptomen. Een pregnant voorbeeld hiervan geeft de Londense arts Hyde Salter in 1868.2 In tegenstelling tot de hedendaagse publikaties over boulimia nervosa bevatten 19e-eeuwse beschrijvingen van het nerveus of hysterisch braken echter geen vermelding van door de patiënt geïnduceerd braken en van voortdurende zorg over het gewicht.

W. Vandereycken
R. van Deth
Literatuur
  1. Schrijver J. Fames canina. [LITREF JAARGANG="1926" PAGINA="969-74"]Ned Tijdschr Geneeskd 1926; 70: 969-74.[/LITREF]

  2. Salter H. Clinical lecture on hysterical vomiting. Lancet 1868; 2:1-2, 37-38.