Stress is de reactie van ons lichaam op gebeurtenissen die ons bestaan en ons welbevinden bedreigen. Dat is nuttig in acute situaties die fysieke of psychische inspanning vereisen. Chronische stress echter wordt in verband gebracht met lichamelijke ziekten, maar ook met verminderd functioneren van aandacht, geheugen en concentratie. Hoe is dat te verklaren?
Het lichaam komt bij een acute bedreiging in de acute alarmfase en reageert direct met de afgifte van adrenaline en noradrenaline vanuit het brein en het bijniermerg. De activatie van het bijniermerg door prikkels vanuit het sympathische zenuwstelsel wordt de sympatho-adreno-medullaire as (SAM-as) genoemd. Deze activatie brengt het lichaam en het brein in een staat van waakzaamheid, waarbij we snel een fysieke en mentale inspanning kunnen leveren. Wanneer de stressor succesvol is afgeweerd (‘coping’), neemt de stress af en wordt de stressrespons geremd onder invloed van de prefrontale cortex en de amygdala.1
Soms echter kan de stressprikkel niet adequaat worden gepareerd. Dat is bijvoorbeeld het geval bij langdurige, onontkoombare stresssituaties door emotionele verwaarlozing in de kindertijd of herhaald grensoverschrijdend gedrag thuis, op school of op het werk. Deze vormen van chronische stress worden gekenmerkt door een activatie van vooral de hypothalamus-hypofyse-bijnierschors(HHA)-as, resulterend in verhoogde cortisolspiegels in het bloed (figuur)…
Insufficiënte inregeling in groeifase
Het komt me voor dat in dit artikel wordt voorbijgegaan aan de overal beschreven toename van allerlei aandoeningen die ons zenuwstelsel, ons afweersysteem en andere aan stress geweten klachten als chronische rugklachten, hoofdpijn , chronische vermoeidheid etc. aangaan.
Er is mogelijk een vroeger algemeen aanvaarde praktijk van kinderen dusdanig lichamelijk opvoeden dat zij weg konden blijven bij vroeg disfunctioneren van orgaansystemen en "weerbaar"opgroeiden uit het medisch denken verdwenen. De arts en misschien wel de eerste echte neurowetenschapper rond het ontwikkelend kinderbrein, dr. Maria Montessori heeft het vanaf de geboorte meehelpen om eerst het "reptielenbrein" en het limbisch systeem goed ingeregeld en geoefend te krijgen ( door fysieke prikkels, activiteiten en spel) voordat ook de cortex de door haar voorspelde goede gedragsvorming en leervermogen gaat opbouwen. Zij wist, net als de artsen/hygiënisten die zich met orthopedie (= gezond opgroeien) bezighielden dat (veel) zitten schade aan de ontwikkeling en de lichaamsopbouw aanbracht.
In dit artikel wordt gesteld dat macrofagen, "microglia" als functie "bevorderen van de groei van zenuwcellen, het vormen van adequate zenuwuitlopers, het contact maken met andere zenuwcellen, het regelen van de transmitterproductie in de zenuwuitlopers etc. " hebben. Dat kan niet waar zijn, dat cellen in het brein dit in je vingertoppen, je tenen, in je darmen en overal waar zenuwuiteinden aanwezig zijn, voor elkaar brengen. Het staat in ieder geval in grote tegenstelling tot de concepten rond groei van zenuwcellen, die door de neuroscientist Prof. Milan Roth (Neuroradioloog, Brno, 1923-2006) onder "Osteoneural Growth Relations" uitgebreid heeft onderzocht en van evidentie voorzien. We zien al decennia bij de jeugd dat door hypokinesie, het vele zitten en een groot gebrek aan vrij spel, rekken en strekken, de door Roth heel goed onderbouwde "rekgroei van de zenuwcel" de ontwikkeling naar gezonde houdingen (anatomie) en gezonde functionaliteit niet goed meer loopt. Motorische achterstanden, kyfoses, stijfheid, hoge blessurekans, snel slijtende tussenwervelschijven, steeds vroegere artrose konden al uit de klassieke orthopedie/ heilgymnastiekkennis verklaard worden. Ook het inregelen en goed geoefend raken van het neurohormonale stelsel zal bij de huidige leefstijl van kinderen niet meer geborgd raken. De resilience, de weerbaarheid wordt minder goed en de bevattelijkheid voor aandoeningen neemt dan toe. En daar zitten we als maatschappij nu mee.
van Loon P. J. M. and Grotenhuis J. A.: MILAN ROTH: Osteoneural growth relations, the biomechanical and neurodynamic processes of physical body growth in vertebrates with tension as its tool to overcome gravity. Clinical implications of discongruent Osteoneural growth. LOCOMOTOR SYSTEM vol. 25, 2018, No. 1 /
Roth Milan. Neurovertebral and Osteoneural Growth Relations.
A concept of normal and pathological development of the skeleton. first ed. Brno, Cech Republique.: ed. J.E. Purkyne University Brno, Medical Faculty; 1985 (complete PDF available on ResearchGate profile P. van Loon)
Reactie op insufficiënte inregeling in de groeifase
Dank voor deze reactie op mijn artikel. Mijn artikel was noodzakelijkerwijze beknopt op grond van de publicatie voorschriften. Veel meer detail is te lezen in mijn boek Immuno-Psychiatrie (uitgever SWP). Mogelijk dat gerezen onduidelijkheden zijn weg te nemen door het lezen daarvan.
Ik bespeur uit uw commentaar de volgende punten van discussie/kritiek:
“Het kan niet waar zijn dat microglia/macrofagen betrokken zijn bij de groei van zenuwcellen”.
Tja, er is de laatste tijd veel bewijs aangevoerd in een groeiend aantal artikelen dat aantoont dat dit wel zo is (bijvoorbeeld 1, 2 en 9 in oorspronkelijk artikel). Dit heeft een paradigma verschuiving in de psychiatrie gebracht met nieuwe toekomstige mogelijkheden voor diagnostiek en therapie (zie het in het artikel beschreven antidepressieve effect van lage dosis IL-2).
Deze notie laat uiteraard onverlet dat ook neuronen en andere steuncellen (astrocyten, endotheel cellen en bindweefselcellen) groeifactoren maken die autocrien en paracrien werken. Met andere woorden er is een complex netwerk van interacties tussen parenchymcellen, steuncellen en in het weefsel aanwezige immuun cellen om groei en functie te regelen, niet alleen centraal in de hersenen, maar ook perifeer in de weefsels (bijvoorbeeld in de darmen). De notie dat immuun cellen bij deze processen betrokken zijn geeft nieuw inzicht, dat complementair is aan de bestaande ideeën.
Hypokinesie, het vele zitten en een groot gebrek aan vrij spel, rekken en strekken beïnvloedt de weerbaarheid tegen aandoeningen negatief.
Ja, dat is waar. Hier, maar zeker in mijn boek, geef ik veel aandacht aan groei en ontwikkeling in de jeugd. Maar ik vraag met name aandacht voor een belangrijke rol voor immuun cellen in het brein en elders in die groei en ontwikkeling. Immuun cellen spelen niet alleen een rol in onze afweer tegen microben, maar ook in de opbouw, groei, functie, en onderhoud van allerlei organen en orgaansystemen, inclusief het centrale en perifere zenuwstelsel, zoals hierboven al weergegeven. Inderdaad een gezond opgroeien in de jeugd (gezonde voeding, gezonde beweging, veiligheid met weinig chronische stress) heeft een heilzame werking op een gezonde staat van immuun cellen, die daardoor minder snel verouderen en in een ontstekingstand staan. Vroegtijdige veroudering en ontsteking verstoren de regulerende opbouw en groei functies van de immuun cellen.
Dus ook in de immuun theorie speelt een gezonde jeugd en gezond bewegen (naast gezonde voeding, een gezonde darmflora en stress coping) een belangrijke rol voor (latere) mentale gezondheid.
Dit laat weer onverlet dat ook processen intrinsiek aan neuronen zelf een rol spelen.
Het artikel gaat voorbij aan de toename van allerlei chronische aandoeningen waarbij het zenuwstelsel en het immuun systeem zijn betrokken.
Tja, dat vereist weer een artikel op zich.