Rectificatie
In de figuur en de tekst staat een fout. '10^6' was foutief overgenomen als '10 miljoen'. Dit moest '1 miljoen' zijn.
De gecorrigeerde versie van de figuur staat hieronder.
In de eerste 8 maanden vaccineren is bij ongeveer 1 op de miljoen prikken een anafylaxie gemeld als bijwerking, staat in een ‘corrected proof’ in Vaccine. Genoeg reden om het ‘kwartiertje nazitten’ na de prik te schrappen, menen de Dappere Dokters. Het RIVM ziet echter geen reden tot aanpassing.
artikel
Inmiddels is het alweer ruim een jaar geleden dat de eerste vaccinatie tegen covid-19 werd toegediend. Net als bij ‘ingeburgerde’ vaccinaties komen ook hier lichte bijwerkingen met enige regelmaat voor. Ernstige bijwerkingen als anafylaxie zijn zeldzaam. Desondanks kwamen ze ruimschoots in het nieuws. Vanwege dat risico op anafylaxie schrijft de RIVM-richtlijn voor om iedereen een kwartier na te laten zitten; iets wat bij geen enkel ander vaccin wordt gedaan.
Griekse onderzoekers hebben nu op een rijtje gezet hoe vaak een anafylaxie voorkomt na covid-19-vaccinaties ten opzichte van routine- en reizigersvaccinaties (Vaccine. 2021; online 27 november). Voor de bijwerkingen na een covid-19-vaccinatie gebruikten ze de meldingen die tot en met 7 augustus 2021 werden geregistreerd bij EudraVigilance en Vaccine Adverse Event Reporting System. Tot die datum waren er in Europa en de VS ruim 800 miljoen vaccinaties toegediend. Gemiddeld waren er 10,67 meldingen van anafylactische reacties en anafylactische shocks per 10 miljoen prikken (zie figuur); 0,06 per 10 miljoen meldingen hadden een fatale afloop.
Literatuuronderzoek wees uit dat rabiës veruit de meeste anafylactische bijwerkingen gaf (70,77 per 10 miljoen doses). Maar ook na humaan papillomavirus(HPV)-vaccinatie kwamen deze bijwerkingen vaker voor (13,65 per 10 miljoen) dan na een prik tegen covid-19.
Het aantal voorvallen lag bij covid-19 wel hoger dan bij de andere vaccinaties die regelmatig worden toegediend in Nederland, maar volgens de onderzoekers was het nog binnen acceptabele grenzen.
Huisarts en ‘Dappere Dokter’ Toosje Valkenburg concludeert dat er geen wetenschappelijke grond meer is om een kwartier na te zitten na de vaccinatie. ‘In het begin was het volstrekt legitiem, omdat niet bekend was hoeveel bijwerkingen de vaccinatie kon geven. Maar intussen krijgen de meeste mensen hem zelfs al voor de derde keer! De situatie is echt veranderd; nu is het gewoon een onzinregel geworden.’
Hans van Vliet van het RIVM is het daar niet mee eens: ‘Er lijkt bij anafylactische reacties op covid-19-vaccinaties geen sprake van een “simpele allergie”: het is nog niet helder wat daarvan precies de oorzaak is. Zo’n ernstige reactie kan ook voor het eerst plaatsvinden bij een tweede of derde prik. En het merendeel van die ernstige reacties vindt plaats binnen een kwartier, dus die wil je blijven opvangen.’
Dan speelt de logistiek ook nog een rol: grote priklocaties hebben voldoende ruimte om na te zitten, maar in de huisartsenpraktijk is dat niet werkbaar. ‘Als we het vaccinatieproces willen versnellen, kunnen huisartsen meehelpen’, geeft Valkenburg aan. ‘Om die reden hebben ze de 15-minutenregel in Engeland ook al tijdelijk geschrapt. Dus waarom durven we dat in Nederland niet? Die stap hoort ook gewoon bij de leercurve.’
Van Vliet meent echter dat de Nederlandse boostercampagne zo is opgezet dat hij niet sneller gaat als er ook in huisartsenpraktijken wordt geprikt. ‘Bovendien houden we de registratietekst van de EMA aan zolang we geen belangrijke reden zien om die los te laten.’
Voorlopig blijven we dus in ieder geval nog even nazitten.
Overwegingen 15 minuten observatieperiode na COVID-19 vaccinatie
De in het artikel ter discussie gestelde maatregel van 15 minuten observatieperiode na COVID-19 vaccinatie verdient meer nuance. Alle COVID-19 vaccins die in Nederland worden gebruikt zijn (relatief) nieuw en worden ingezet in een ongekend grote massavaccinatiecampagne. De 15 minuten observatieperiode is een advies van de WHO en EMA, staat genoemd in de bijsluiter, en is opgenomen in de nationale uitvoeringsrichtlijn conform de meeste internationale richtlijnen. De belangrijkste reden voor deze maatregel is dat onmiddellijke en ernstige allergische reacties en anafylactische shock, die om snel medisch ingrijpen vragen, kunnen optreden na COVID-19 vaccinatie. Volgens een recente update van Shimabukuro et al. over anafylactische reacties na mRNA vaccinaties, werden mensen met de meeste ernstige anafylactische reacties vaak symptomatisch binnen het eerste kwartier.
Maltezou et al. rapporteert een meldfrequentie van zeer ernstige anafylactische reacties of anafylactische shock bij 1 per 100.000 COVID-19 vaccinaties. Dit is niet 1 per miljoen zoals het artikel ondanks correctie van de figuur nog foutief vermeldt. Dit is in lijn met de in Nederland gerapporteerde meldingen bij Lareb. Op ruim 25 miljoen vaccinaties zijn er 88 meldingen van anafylaxie (strikt gedefinieerd) en 260 meldingen van andere uitgebreide en heftige bij allergie passende reacties. In ruim van de helft van de gevallen was behandeling voor een levensbedreigende situatie en/of ziekenhuisopname noodzakelijk. Tot op heden zijn alle patiënten snel en adequaat behandeld en hersteld. Hoewel het risico mogelijk lager is bij de tweede of (derde) boostervaccinatie met hetzelfde vaccin, wordt ook voor een belangrijke groep de booster heteroloog toegediend met een ander mRNA vaccin.
Met een kans van 1 per 100.000 is voor een individuele zorgprofessional de kans klein om een anafylactische reactie na COVID-19 vaccinatie tegen te komen. Maar ten tijde van een grootschalige boostercampagne met 9,5 miljoen vaccins, zal een levensbedreigende situatie zich tot 95 keer binnen een paar weken kunnen voordoen, met potentieel ernstige tot fatale afloop. Vermijdbare en ernstige iatrogene gevolgen bij vaccinaties wordt in Nederland als ontoelaatbaar gezien. En hoewel de observatieperiode primair dient voor zorgvuldige en bekwame opvang bij ernstige allergische en anafylactische reacties, treden er ook geregeld andere type reacties op, inclusief stressreacties en flauwvallen. In de praktijk zijn deze acute reacties niet altijd snel en goed te duiden.
In het Verenigd Koninkrijk is momenteel een tijdelijke ontheffing van de 15 minuten observatieperiode. Dit is vooral bedoeld omdat veel gevaccineerd gaat worden op kleine pop-up locaties met binnenruimte als beperkende factor voor de snelheid van vaccinatie toediening. Ter vervanging adviseert men andere maatregelen, waaronder dat je op locatie moet blijven als je je onwel voelt en niet autorijden in het eerste kwartier na vaccinatie. In Nederland wordt voornamelijk ingezet op toedienen van de boostervaccinatie bij de GGD op grote priklocaties. Op deze locaties is de observatieperiode van 15 minuten goed geregeld, met snelle en deskundige opvang direct voorhanden wanneer nodig. De onderbouwing voor de 15 minuten observatie periode is ook hier terug te vinden.
Drs. T.G.J. Kuipers, arts en senior adviseur COVID-19 vaccinatie programma
Dr. M.E.J. Bongers, kinderarts en hoofd afdeling Vaccinatie & COVID
Prof.dr. E.A.M. Sanders, kinderarts, hoogleraar Immunologie en infectieziekten en medisch directeur COVID-19 vaccinatie programma.
COVID-19 vaccinatie programma, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven, Nederland