Van oudsher doen artsen in opleiding een deel van hun operatieve kennis en kunde direct op bij de patiënt in de operatiekamer, onder supervisie van een ervaren chirurg. Met de komst van steeds meer minimaal invasieve technieken is echter de behoefte ontstaan aan effectieve trainingsmethoden búíten de operatiekamers. Niet alleen worden de operatieve procedures steeds complexer, maar ook is het leren van vaardigheden op de operatiekamers een dure opleidingsvorm die juridische en ethische bezwaren met zich meebrengt. De basisvaardigheden bij de minimaal invasieve chirurgie lenen zich bij uitstek voor training buiten de operatiekamer doordat er trainingsmodellen beschikbaar zijn.
De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft recent een aantal voorwaarden gesteld ten aanzien van het aanleren van laparoscopische vaardigheden. Een van de punten van kritiek was het ontbreken van uniforme, landelijke, vakgebiedoverstijgende programma’s voor het aanleren van de laparoscopische operatieve basistechnieken. De 3 wetenschappelijke verenigingen voor endoscopische chirurgie, vanuit de heelkunde…
Reacties