In juni van dit jaar verschenen in het tijdschrift Science de resultaten van een groot internationaal samenwerkingsproject van genetici met betrekking tot hersenziekten. De belangrijkste gegevens zijn, in een zo letterlijk mogelijke vertaling van twee zinnen uit de samenvatting: ‘Wij kwantificeerden de genetische overeenkomst tussen 25 hersenaandoeningen op basis van gegevens van 265.218 patiënten en 784.643 controlepersonen uit genoombrede associatiestudies [...]. Psychiatrische aandoeningen laten onderling een zekere verwantschap zien wat betreft het genetische risicoprofiel, terwijl neurologische aandoeningen in grotere mate verschillen, zowel van elkaar als van psychiatrische aandoeningen.’1
Samenvatting
Onlangs verschenen in Science de resultaten van een genoombrede analyse van diverse psychiatrische en neurologische aandoeningen, uitgevoerd door een internationaal consortium. Psychiatrische ziekten toonden een zekere mate van onderlinge genetische verwantschap; neurologische ziekten daarentegen misten vrijwel elke overeenkomst wat betreft het genetische risicoprofiel, zowel met elkaar als met geestesziekten. Ook al was het spectrum van bestudeerde ziekten onvolledig, de bevindingen zijn niet verbazend. Zenuw- en zielsziekten delen natuurlijk de hersenen als substraat, wat in de laatste 150 jaar geleid heeft tot diverse benaderingen om de stoffelijke oorsprong van geestesziekten te achterhalen. Toch is en blijft er een groot verschil wat betreft de oorzakelijke rol van de omgeving, in de vorm van psychologische en sociale factoren. Wat betreft uitingsvormen, de verschijnselen die patiënten zelf ervaren, bestaat er echter een flinke overlapping tussen psychologische en lichamelijke factoren. Lichaam en geest kunnen gescheiden worden in geneeskundige leerboeken, maar niet in de wachtkamer.
Reacties