Zeven thuismetingen geven betrouwbaar beeld bloeddruk

Een enkele thuismeting van de bloeddruk is al een sterke voorspeller voor cardiovasculaire complicaties. En na 6 metingen verandert de diagnose ‘normotensie’, ‘hypertensie’, ‘wittejassenhypertensie’ of ‘gemaskeerde hypertensie’ nauwelijks meer.

Dat concluderen Teemu Niiranen van het universiteitsziekenhuis in Turku (Finland) en collega’s in American Journal of Hypertension (2014; epub 14 november). Zij voerden een meta-analyse uit met 3 studies uit de ‘International database on home blood pressure in relation to cardiovascular outcomes’ (IDHOCO).

Van ruim 4800 patiënten van middelbare tot oudere leeftijd waren gegevens beschikbaar over bloeddrukmetingen in de spreekkamer en thuis – de laatste van tenminste 7 dagen. Voor een follow-upperiode van gemiddeld 8 jaar waren er ook gegevens over cardiovasculaire complicaties en sterfte.

Op basis van de metingen classificeerde de auteurs de bloeddruk als ‘normotensie’ (spreekkamer < 140/90 en thuis < 135/85 mmHg), ‘hypertensie’ (beiden boven die waarden), ‘wittejassenhypertensie’ (spreekkamer ≥ 140/90 en thuis < 135/90 mmHg) en ‘gemaskeerde hypertensie’ (spreekkamer < 140/90 en thuis ≥ 135/85 mmHg). Na 1 thuismeting was bijna 85% van de deelnemers juist geclassificeerd. Na de 2e meetdag bleef 93,5% in dezelfde groep. Na de 7e meting bleef 97,8% in dezelfde groep.

In totaal kregen 568 patiënten een cardiovasculaire complicatie binnen gemiddeld 8 jaar. Het resultaat van de 1e thuismeting hing al significant samen met deze uitkomst: met elke 10 mmHg hogere systolische bloeddruk steeg het risico met 11% (hazardratio: 1,11; 95%-BI: 1,07-1,16). Het verband tussen thuisbloeddrukmetingen en complicaties werd sterker wanneer meer metingen werden meegenomen, maar de betrouwbaarheidsintervallen bleven overlappen – superioriteit van een bepaalde hoeveelheid metingen kon dus niet statistisch worden aangetoond. Ongeacht het aantal metingen voorspelden zowel hypertensie als gemaskeerde hypertensie cardiovasculaire complicaties. Patiënten met wittejassenhypertensie hadden geen significant verhoogd risico hierop.